Tijdlijnfoto's
Boomklever (Sitta europaea) In de winter willen deze mooie vogels graag een vetbol of voedertafel bezoeken. Zo is deze foto ook gemaakt. De klever kwam via deze struik (Kornoelje, Cornus Alba, denk ik) afgedaald richting een vetbol. Boomklevers zijn gebonden aan oude loofbomen. Ze hebben een ruime verspreiding over de bosrijke streken van Nederland, inclusief delen van de binnenduinrand, en nestelen ook in parken en oude tuinen in stedelijk gebied. De verspreiding werd sinds ongeveer 1975 veel ruimer. Op de zandgronden van Noordoost-Nederland en Noord-Brabant, waar de soort lange tijd schaars was, leverde het ouder en gevarieerder wordende bos goede vestigingsmogelijkheden op. De Boomklever begint zich ook langzamerhand wat meer te verbreiden over de laaggelegen delen van ons land. De landelijke broedpopulatie is in het laatste kwart van de twintigste eeuw ruim verdubbeld. Ca. 20.000 broedpaartjes worden hier geteld. De beoordeling staat van instandhouding luidt momenteel: Populatie / Verspreiding / Leefgebied / Toekomst / Eindoordeel = allemaal gunstig. Meer op http://www.vogelsenbeestjes.nl/cpg/thumbnails.php?album=15
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Pimpelmees (Cyanistes caeruleus) In de winterkou proberen de pimpeltjes niet te veel energie te verliezen door hun veertjes lekker dik te zetten. Toch gaat het ondanks zo'n mantel niet altijd goed met ze. In strenge winters kan de populatie pimpelmezen zelfs meer dan halveren. Om dit verlies te compenseren zijn de legsels tamelijk groot; het vogeltje legt per broedsel ongeveer tien eieren. Ikzelf ben een grote fan van dit mooie vogeltje dat ook onze tuin vaak op kleurt.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Huisvlieg of Kamervlieg (Musca domestica) Niet schrikken van dit monster want dit vliegje is morsdood, lag zo een x aantal dagen op de vensterbank in de berging. De zuigmond is uitgezakt en net als de rest uitgedroogd. Ik ben me aan het verdiepen in stacken, uit meerdere foto's de scherpe delen bij elkaar voegen. Dood blijven ze goed stil zitten en dat is bij dat oefenen erg handig.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Ruwe pissebed (Porcellio scaber) Een stack van de achter-onderzijde van deze landpissebed, gemaakt met met MP-E65 met vergroting 2x en stapjes van 70 um. Op de foto zijn goed de longen, de kiewen, van dit insect te zien. Oorspronkelijk zijn pissebedden zeedieren. De landpissebedden hebben de zee verlaten, maar hebben hun kieuwen behouden; deze zijn aanwezig in de vorm van aangepaste "poten" van het achterlijf waarmee de dieren in staat zijn zuurstof op te nemen uit hun omgeving. De kieuwen moeten altijd vochtig blijven omdat ze anders niet meer functioneren. Dit is de reden dat de pissebedden in een droge omgeving niet lang zullen overleven. Die kiewen zitten in het gedeelte dat pleon wordt genoemd. Het pleon is altijd veel korter dan het pereon, het deel ervoor. Aan de onderzijde van het pleon bevinden zich plaatvormige aanhangsels, de pleopoden. Deze bestaan uit paren van twee over elkaar gelegen plaatjes. Het bovenste plaatje doet dienst als bescherming voor het onderste plaatjes dat functioneert als een 'kieuw' of pleo­podale 'long' voor de zuurstofvoorziening. De Porcellionidae hebben twee paar, de Cylisticidae en Trachelipidae vijf paar van deze 'kieuwen' of 'longen'; bij levende dieren zijn deze met het blote oog zichtbaar als witte vlekken.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Ruwe pissebed (Porcellio scaber) Op deze foto, gemaakt middels een stack met stapjes van 0,05 mm met MP-E65 op vergroting 4x, zijn de ogen goed te zien van dit zeer algemene insect dat ook nu nog volop in de tuin te vinden is. Veel insecten hebben van deze bolletjes-ogen. Die bolletjes heten ocelli. Ik lees dat ze bij dit diertje niet al te best werken, de pissebed schijnt niet goed te kunnen zien.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Gewone staartspin (Textrix denticulata) Dit ca. 6 mm grote spinnetje vond ik deze week op een stukje boomstam in de tuin, een typische plek waar je deze soort kunt aan treffen lees ik. Zijn beste kenmerk, een opvallend verlengd achterste spintepelpaar, waarnaar de naam refereert, is hier niet te zien. Wel de ook kenmerkende stand van de ogen. Met name die ogen wilde ik hier in beeld brengen. Geen gemakkelijke opgave, zwarte ogen op een zwart voorlichaam, het prosoma. Dan speelt daar ook altijd nog die hinderlijke reflecties. Het meest gewoon voor spinnen is acht ogen in vier paren, dat geldt ook bij deze trechterspin. Twee best grote midden voor hoog geplaatst, daaronder twee paar kleinere, de ene wat kleiner dan de andere, en tenslotte een paar ook best grote ver opzij van de kop en ook naar achteren gericht. De foto is een stack met stapjes van 0,05 mm en lens MP-E65.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Venstersectorspin (Zygiella x-notata) Nog een spinnentronie. Een gewone uitvoering, acht ogen dus. Deze keer allemaal kleine ogen, een rijtje van zes onder die de brede omgeving in de gaten houden met daarboven twee voor luchtruiminspectie. Geen enkel groot oog, dus zal het geen zichtjager zijn deze spin. En dat klopt want het is een wielwebspin, een araneidae. Dit ca. 7 mm grote spinnetje, een vrouwtje, spint een web, een wielweb met bewust daarin een foutje. Er ontbreekt namelijk een sector in dat wiel. Door deze ontbrekende sector loopt de stevige signaaldraad die de spin verraadt dat er in het web beweging plaats vindt. Ze hoeft haar prooi dus niet te zien, ze voelt hem wel. Ik vind deze spin veelvuldig bij ons tussen muren en kozijnen en als het donker is hangend in het web voor het venster. Een passende naam dus dat venster sector spin.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Huisvlieg of kamervlieg (Musca domestica) Met de speciale macrolens van Canon, de MP-E65 ingesteld op vergroting 5x, kun je veel detail bloot leggen. Hier zijn van deze vlieg de antennes met daarop de kleine vertakking, de arista's, goed te zien. Het zijn de belangrijkste sensors van deze zeer algemene kamergenoot. Voor ons allemaal niet goed te bevatten wat dit soort orgaantjes allemaal wel niet presteren. Deze antennes zijn ook echte kenmerken voor de familie van de echte vliegen (Muscidae), een familie van tweevleugeligen (Diptera) uit de onderorde vliegen (Brachycera). De foto is een stack met stapjes van 0,025 mm.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Grote trilspin (Pholcus phalangioides) Je kent deze spin vast wel want je vind hem vast ook in jouw huis. Heel lange poten heeft ie, daarom noemen ze hem ook wel hooiwagenspin. Deze kop is maar ca. 1 mm groot, het lijf ca. 5 mm, maar die poten kunnen wel 50 mm lang zijn. Is er gevaar dan gaan ze snel wippen op die lange poten, alsof ze bibberen of sidderen, de ander weet niet meer duidelijk wat er wordt gezien en zo hoopt de spin niet te worden opgegeten. Sidderspin noemen ze hem ook wel. Weinig kleur hebben ze. Ze hebben 2 groepen van 3 ogen met daar tussenin nog een paar. De voortplanting is bijzonder, het vrouwtje van de trilspin gebruikt nauwelijks spinsel voor haar eicocon, een paar draden houden de eieren losjes bij elkaar en ze draagt de vaalroze eieren tussen haar kaken rond terwijl ze die tijd dan daarom niet eten kan. Ik heb zo'n tafareeltje hier thuis wel eens gezien. De foto is gemaakt met de MP-E65 macrolens op vergroting 5x.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Lekkend kogelkraantje. Als thuis een kogelkraan lekt is er werk aan de winkel, het lek moet worden gedicht. Maar met dit kogelkraantje is dat anders, dit kraantje heeft ons veel gebracht en moet juist lekken. We hebben er vast een deel van ons salaris mee verdiend.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
De balpenstiftpunt groter in beeld. Een gewone blauw schrijvende.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Babykamer van Hazelnootboorder (Curculio nucum) In de tuin staat een flinke hazelaar. Daaronder vond ik deze noot. Noot is geen goed woord want de noot zelf is helemaal opgegeten door de larve van een snuitkever (Curculionidae), de Hazelnootboorder (Curculio nucum). Er blijft alleen een schil met gaatje over. Een vrouwtje heeft een eitje in de nog jonge hazelnoot afgezet, toen de wand nog zacht was. Ze boort eerst een gaatje uit de noot met de scherpe tanden aan de snuitpunt, waarna een ei wordt afgezet, soms meer dan een. Wanneer de hazelnoten rijpen, is er een klein rond gaatje zichtbaar. De larven van de hazelnootkever hebben zich via dit gaatje een uitweg uit de hazelnoot gebaand. De inhoud van de hazelnoot is eerst helemaal weggevreten door de larve. De hazelnootboorder is net als alle kevers holometabool en kent een volledige gedaanteverwisseling. De juvenielen worden larven genoemd en zijn wit en wormachtig. Als de larve na zo'n 8 tot 10 dagen uit het ei kruipt is deze slechts enkele millimeters lang, de larve eet zich een weg door de noot waarbij een holte ontstaat die de noot onverkoopbaar maakt. De larven ondergaan een aantal vervellingen waarbij ze steeds groter worden en uiteindelijk een lengte van ongeveer 15 millimeter bereiken. Als de larve in de herfst is volgroeid, is de noot reeds van de boom gevallen en op de grond terechtgekomen. De buitenzijde van de noot is dan verhout waardoor de larve zich een weg naar buiten moet knagen. De larve graaft zich vervolgens in tussen plantenwortels op een diepte van 10 tot 15 centimeter in de bodem. Hier brengt de larve de winter door, om in de volgende zomer te verpoppen. Er is bekend dat de larve soms twee tot drie jaar ondergronds verblijft voordat de verpopping plaatsvindt. De larven die slechts één keer hebben overwinterd brengen nog een jaar door in hun ondergrondse popkamer voor ze tevoorschijn komen. Uit de pop komt ten slotte de volwassen kever tevoorschijn waarna de cyclus opnieuw begint.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Bladsnuitkever (Polydrusus cervinus) Ik had deze week vanonder de hazelnootboom wat bladeren van de grond geschraapt en in een emmer gestopt en die emmer in het portaaltje gezet. De andere dag kroop dit 5 mm kleine kevertje daar tegen de muur. Volgens mij een snuitkevertje, een Polydrusus. De kop voor het halsschild is slechts 1 mm groot. Met mijn MP-E65 met vergroting 5x heb ik dat kopje vastgelegd op de fullframe sensor met hoge pixeldichtheid van mijn 5Ds. Het vergt wat renderen van een aantal foto's maar dan kom je tot flink wat details. Kijkend naar de foto op mijn HD-scherm kom ik op een vergroting van ruim 150x. Al die kleurige schubjes op het lijf komen me een beetje over als een zooitje. Wel vroeg in het jaar dat ie rond loopt lijkt me?
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Hazelnootboorder (Curculio nucum) Dit is nu het kevertje dat verantwoordelijk is voor het uitgebeten gaatje in een hazelnoot. Met de lange snuit boort ie een gaatje in de nog zachte jonge vrucht en legt daarin een eitje. Later vreet de gegroeide larve een gaatje in de inmiddels hard geworden nootschaal om te ontsnappen en in de grond verder op te groeien.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Roodborst (Erithacus rubecula) Een van onze trouwste tuinvriendjes.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Agaatvlinder (Phlogophora meticulosa) Deze nachtvlinder vond ik deze week op een kastdeur in de garage. Niet heel erg ongewoon want ik lees dat soms ook in de wintermaanden deze vlinder wordt waargenomen. Elk jaar zie ik hem wel in de tuin, bij de buitenlamp. Ook de rups vond ik al een keer in een spleet van een kozijn dicht bij de lamp. Normaal gesproken vliegt de vlinder vooral in mei-oktober in twee generaties. Overdag rusten ze onbeschut op muren en paaltjes of in de vegetatie. De vlinders vertonen zowel zwerf- als trekgedrag. De foto is gemaakt met een 1x macrolens en een stack.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Bergeend (Tadorna tadorna) De bergeend zit een beetje tussen eend en gans in. Het mannetje onderscheidt zich van het vrouwtje door een knobbel op de felrode snavel. Hij is gemakkelijk te herkennen. Ze eten voornamelijk kleine, ongewervelde dieren, zoals slakken, wormen, schelpdieren, kleine kreeftachtigen en insecten. Door met de poten trappende bewegingen te maken in ondiep water, jaagt de bergeend prooien. De bergeend is een echte holenbroeder en bouwt het nest vaak in een verlaten konijnehol. Daarnaast bouwt de vogel ook nesten rondom menselijke bouwwerken zoals dammen en schuren. De bergeend komt overal langs de kust van Europa voor en trekt in de winter gedeeltelijk naar het zuiden. De Nederlandse populatie trekt in de winter gedeeltelijk weg, maar wordt tegelijkertijd aangevuld met exemplaren uit het noorden, zodat het gehele jaar door bergeenden te zien zijn. Zo is deze foto gemaakt in januari.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Knobbelzwaan (Cygnus olor) Iedereen kent ze wel maar heeft iedereen ze ook wel eens goed bekeken? Majestueus zijn ze, deze grootste leden van de familie der eenden. Tijdens het zwemmen houden ze hun hals in een sierlijke S-vorm. Dat kunnen ze goed omdat ze maar liefst 26 halswervels hebben. De meeste van alle vogels! Een mens en een giraf hebben er slechts 7. Verder heeft deze prachtige zwemvogel vleugels met een spanwijdte van wel 2.30 meter en een zwarte knobbel boven de oranje snavel en een zwart oog. Aan deze knobbel dankt hij zijn naam. Ondanks hun grote gewicht van 10 tot 13 kg kunnen ze goed vliegen. Ze hebben echter wel moeite met opstijgen, ze moeten eerst een aanloopje nemen, rennend met hun grote zwarte flapvoeten over het water, om snelheid te maken.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Knobbelzwaan (Cygnus olor) In avondlicht.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Bladrandkever / Sitona lepidus Op de rand.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Vloeivlek lieveheersbeestje (Oenopia conglobata) Dit kevertje vond ik thuis, langs het raam binnen gekomen. Ik heb hem opgemeten, 4 mm klein was ie. De kop met halsschild hier in beeld is kleiner dan 1 mm. Net als veel andere lieveheersbeestjes leven ze van plantenluizen. De foto is gemaakt met mijn speciale macrolens MP-E65 met vergroting 5x middels een stack met stapjes van 0,02 mm.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Alveole Ofwel tandkas, dat is wat hier op de foto staat. Dat begreep ik van een kennis, bioloog van beroep, die als hobby heeft braakballen bestuderen. Dit bovenkaakje, in totaal 26 mm groot en het deel in beeld 11 mm groot, kreeg ik van hem om er eens een stack van te maken. Het kwam uit een braakbal van een kerkuil en is waarschijnlijk van een rat geweest. Een jong ratje waarschijnlijk want zo groot is dit koppie nu ook weer niet. De tandkas laat een open plek zien, een kies ontbreekt er. Dat kan goed een tijd na het oppeuzelen zijn gebeurd want nadat al het tandvlees is verdwenen staan de tanden best los en vallen er makkelijk uit.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Rat Het hele bovenkaakje.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Mug (Diptera spec.) Een mug. Een van de heeel vele tweevleugeligen. Deze familie is wel 100.000 vleugeligen groot. Vroeger waren ze overigens viervleugelig. De achterste vleugels hebben het echter niet gered, deze familie had er meer last dan nut van kennelijk. Alhoewel, ze kunnen ze feitelijk toch niet echt missen en daarom zijn ze maar omgebouwd tot halters of kolfjes. Met die kleine dingen zorgen ze dat ze niet de bocht uit vliegen maar goed stabiel kunnen vliegen. Op de foto is die vroegere vleugel, die halter, dat kolfje, goed te zien. Het is dat korte gele armpje met dik uiteinde. De foto is gemaakt met een macrolens die de mug 5x groter op de sensor afbeelde dan dat ie werkelijk is. Daarmee een heleboel foto's maken en uit die foto's de scherpste stukjes uitzoeken en op elkaar plakken, dat was de aanpak voor deze detailrijke foto.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Huisspringspinnetje / Pseudeuophrys lanigera Een van de leukere spinnetjes vind ik deze springertjes. Ze springen echt, dat merk je als er eentje wil vangen. Klein is deze ook, ik schat hem op 3 mm in totaal. Het zijn zichtrovers. Met een viertal grote ogen kijken ze recht vooruit. Nog eens vier ogen, kleiner, twee aan elke zijkant van hun best vierkant kopje, bewaken de rest van de ruimte vooral lettend op gespuis dat het juist op hen gemund heeft. 5Ds, MP-E65 5x, stackstepsize 35um. Vooraanzicht.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Huisspringspinnetje / Pseudeuophrys lanigera Een van de leukere spinnetjes vind ik deze springertjes. Ze springen echt, dat merk je als er eentje wil vangen. Klein is deze ook, ik schat hem op 3 mm in totaal. Het zijn zichtrovers. Met een viertal grote ogen kijken ze recht vooruit. Nog eens vier ogen, kleiner, twee aan elke zijkant van hun best vierkant kopje, bewaken de rest van de ruimte vooral lettend op gespuis dat het juist op hen gemund heeft. 5Ds, MP-E65 5x, stackstepsize 35um. Zijaanzicht.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Patrijs (Perdix perdix) Precies acht jaar geleden lag er op deze dag sneeuw in De Matjes, toen werd namelijk deze foto daar gemaakt. Ben benieuwd hoe het familie patrijs ondertussen daar is vergaan. Hopelijk niet letterlijk vergaan. Die kans bestaat zeker want op de akker daar bij de kruising met de Moervenweg staat nu een joekel van een varkensstal. Ook andere omstandigheden zijn voor de patrijs sterk verslechterd. Zo lees ik: Patrijzen zijn gebonden aan halfopen tot open boerenland, met een voorkeur voor akkers. Op de zand- en kleigronden van Zuid-Nederland komt deze soort nog betrekkelijk ruim verspreid voor. De dichtheden per vierkante kilometer zijn er echter gewoonlijk laag. De verspreiding in het noorden van het land is nogal verbrokkeld en de dichtheden zijn er nog lager. Rond 1975 was de Patrijs nog een talrijke broedvogel in het grootste deel van het land, hoewel er al sprake was van afname. Sindsdien is 90% van de aantallen verdwenen en zijn grote delen van vooral Midden- en Noordoost-Nederland verlaten. De afname, die in heel West-Europa plaatsvindt, valt samen met intensivering van de landbouw. Schaalvergroting, veranderde gewaskeuze, gebruik van bestrijdingsmiddelen en andere factoren beroofden de Patrijzen van broedplekken, schuilplaatsen en voedsel.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Gewone bosspitsmuis (Sorex araneus) Er werd me verteld dat deze resten uit een braakbal van een kerkuil afkomstig zijn. Dat zou gemakkelijk te herkennen zijn omdat de bovenkant van de tandjes rood zijn en die zijn hier inderdaad onmiskenbaar rood. Spits is dat bekje ook. Frappant hoe recht naar voren die onderste voorste tand staat vind ik. Een lastig leventje hebben ze want ik lees dat ze constant op zoek naar voedsel moeten zijn. Ze verbruiken zoveel energie dat ze al na drie uur zonder voedsel van de honger sterven. Elke twee uur houden ze een korte rustpauze. In de winter leeft de gewone bosspitsmuis ondergronds en de rest van de tijd leeft hij ook grotendeels ondergronds. Zijn zichtvermogen is slecht, maar zijn reukvermogen en tastzin zijn wel goed ontwikkeld. Hij kan zwemmen en klimmen. De gewone bosspitsmuis eet zowel plantaardig als dierlijk voedsel. Hij foerageert in de bodem, tussen het bladafval of in smalle gangen tot een diepte van 10 cm, die hij zelf graaft of die door andere kleine knaagdieren zijn gemaakt. Hij vindt zijn voedsel met behulp van zijn reukvermogen en eet op en in de strooisellaag levende dieren zoals kevers, pissebedden, wormen, spinnen en slakken. Ook doodt en eet hij soms andere kleine zoogdieren (waaronder soortgenoten) en hij eet ook met name de ogen en hersenen van grotere dode dieren. Daarbij eet hij zaden van naaldbomen en ander plantaardig materiaal. Per dag eet een bosspitsmuis 80-90% van zijn lichaamsgewicht aan voedsel.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Huisspitsmuis (Crocidura russula) Hier geen rood op de tandjes zoals bij een bosspitsmuis. Van dit soort verschillen moeten die braakbaldeskundigen het hebben bij hun studie van dit soort beestjes. Deze tandjes horen overigens niet toe aan een knager, nee die spitsmuis is een insecteneter. Een nuttig diertje dus.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Patrijs (Perdix perdix) De jagersvereniging schrijft op hun site: De jacht op patrijzen is gesloten, omdat de patrijs op de rode lijst geplaatst is. Rond 1975 was de patrijs nog een talrijke broedvogel in het grootste deel van het land, hoewel er al sprake was van afname. Sindsdien is 90% van de aantallen verdwenen en zijn grote delen van vooral Midden- en Noordoost-Nederland verlaten. De afname, die in heel West-Europa plaatsvindt, valt samen met intensivering van de landbouw. Schaalvergroting, veranderde gewaskeuze, gebruik van bestrijdingsmiddelen en andere factoren beroofden de patrijzen van broedplekken, schuilplaatsen en voedsel. Maar goed dat ik nog een paar foto's heb.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Patrijs (Perdix perdix) Zo zien we de patrijs het liefst. Alert, waakzaam over de kleintjes. Die kleintjes zijn rappe kleuters, echte nestvlieders, na 14 dagen vliegvlug en na 5 weken zelfstandig.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Patrijs (Perdix perdix) De patrijs broedt in beginsel eenmaal per jaar maar vervolglegsels zijn mogelijk. Het bodemnest is verstopt in dichte vegetatie, vaak in perceelsranden of bermen. Eileg half april tot diep in augustus. Er kunnen wel tot 20 eieren worden gelegd. Op deze foto tel ik minimaal 13 kleuters. In de winter kan het nog gezelliger worden want dan sluiten families zich aaneen. In dit geval verdient een agrarier in Riel een dikke pluim. Want deze heer stelde een groot stuk grond op de Rielsche heide beschikbaar voor het inzaaien van wilde planten en akkerkruiden. Dat loont erg want naast vele andere vogels hadden ook deze patrijzen baat bij dat stukje wildernis. Aan de rand van bedoeld perceel kon ik deze familie fotograferen. Als er maar eten is dan heeft de natuur een kans!
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Bochelvliegje (Phoridae spec.)(?) Je kent ze vast wel, die hele kleine zwarte vliegjes die je soms ziet bij de gootsteen of vuilnisemmer. Dit is er zo eentje. Ik ving het bij de gootsteen in een doosje, de andere dag lag het daarin dood, ik mat 2 mm voor de totale grootte. Middels stacken maakte ik deze foto en zag dat het een lelijk vliegje is. Vind ik toch, het koppie is erg klein en zit op een rare lage plaats. Het moet volgens mij dan ook een bochelvliegje zijn. Die hebben die naam te danken aan het feit dat de kop vrij laag met het borststuk verbonden is, waardoor ze een gebocheld uiterlijk hebben. De familie kent in Nederland 253 gevestigde soorten. Er zijn soorten die niet groter worden dan 0,6 mm en groter dan 6 mm zijn er niet. De bochelvlieg leeft van vloeistoffen, niet van vast voedsel. Na het paren worden de eitjes altijd gelegd in rottend materiaal. Naast rottend materiaal planten ze zich graag voor in afvoerpijpen. Als de eitjes zich ontwikkelen tot larven kunnen ze zich voeden met het rottende materiaal. Vaak voeden ze zich met schimmels en heel soms met insecten, slakken en wormen.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Mestkogeltje (Sphaeridium scarabaeoides) De kop van een ca. 7 mm grote mestkever. Eentje die niet bang van water is en ook wel Mestzwemtor of Mest-waterkever wordt genoemd. Hij behoort tot de spninnende waterkevers, Hydrophilidae. De ogen vallen helemaal niet op.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Ronde watertorretje (Sphaeridium bipustulatum Fabricius) In feite een watertorretje van 7 mm maar deze werd gevonden in een koeienvlaai. Dit is een mannetje werd me verteld.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Ronde watertorretje (Sphaeridium bipustulatum Fabricius) De kop wat groter in beeld.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Sphaeridium bipustulatum Fabricius Dit is een waterkever die ook wel op een koeienvlaai te vinden is. Waterkevers zijn heel glanzend, zijn heel glad. Dat schijnt het voordeel te hebben dat in het water er niet zo makkelijk zaken als algen aan hun body hechten. Bij het fotograferen is die glans vaak erg lastig.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Sphaeridium bipustulatum Fabricius Ik hoorde nog iets leuks over de kop van deze waterkever. Achter het rode oog is in het kopschild een deuk te zien, daarop zit een beharing. Ook het verdikte uiteinde van de antenne is behaard. Dat haar is waterafstotend en is in staat luchtbelletjes vast te houden. De kever steekt met regelmaat de antennetop boven water, het haar vult zich met lucht, onder water blijft die lucht tussen het haar gevangen. De kever drukt onderwater de top tegen de deuk. De lucht wordt zo overgedragen aan het haar in de deuk. Die deuk staat weer in verbinding met kanaaltjes in het lijf van de kever en vanuit die kanaaltjes neemt de kever zuurstof op voor zijn organen. Zo kan ie langere tijd onder water blijven. Hij moest iets verzinnen want kieuwen of zo iets heeft ie niet, alleen de jongste larven hebben een soort kieuwen. Overigens, waarom het oog rood is is niet duidelijk, moet een soort verkleuring zijn.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Geelgors (Emberiza citrinella) Dit is de meest voorkomende gors in Europa lees ik op Wikipedia. Leuk, maar wij in Zundert hebben daar niets meer aan. Want in Gemeente Zundert is ie verdwenen. Toen ik nog jong en lenig was, zeg een veertig jaar geleden, toen was zijn liedje nog goed te horen bij onze weilanden en heggen. Het specifieke geluidje was niet te missen, was vanaf grote afstand te herkennen. Niet ver van ons, iets naar het westen, is ie nog wel te vinden. Deze is gefotografeerd in januari tussen Gilze en Riel. Daar verbleef een flinke populatie, ook nu nog hoop ik. Buiten het broedseizoen verzamelen zich grote groepen, maar tijdens het broedseizoen is de geelgors strikt territoriaal.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Geelgors (Emberiza citrinella) Zou het niet leuk zijn als bijvoorbeeld hier in De Pannenhoef het mannetje van de geelgors weer zijn goed herkenbare liedje zou zingen. Moet toch kunnen, de natuur is daar er mooi genoeg voor lijkt me. Waarom zit ie er nog niet, zouden ze heel slechte migranten zijn, zouden ze te honkvast zijn, is de afstand tussen Gilze en Zundert wellicht al te groot voor hen? Zou hier uitzetten, bijvoorbeeld in de nieuwe Rondgors, een optie zijn?
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Geelgors (Emberiza citrinella) Dit zou het compleet maken, een vrouwtje op een weipaaltje met nestmateriaal in de bek in het nieuwe gebiedje De Rondgors in De Pannenhoef. Helaas is deze foto 30 km verderop gemaakt maar soms komen droompjes uit.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Waterpieper (Anthus spinoletta) Een paar jaar terug waren in februari alle sloten in de Biesbosch dichtgevroren. Daar fotografeerde ik toen deze ijsloper. Aan de lange achternagel te zien moest het wel een pieper zijn. Een ijspieper dus maar die bestaat niet. Thuis op de pc kon ik het beter zien, het was een waterpieper. Kennelijk is ijs ook water. De waterpieper lijkt in de winter sterk op de graspieper en de oeverpieper. De waterpieper is iets groter dan de graspieper (15,5 tot 17 cm), vaalwit van onder en grijsbruin maar meer bruin dan grijs in vergelijking met de oeverpieper. In het winterkleed zijn de lichte wenkbrauwstreep, witte buik, donkere pootjes en helderwitte buitenste staartpennen ook bruikbare veldkenmerken. Ze zijn schuw, vliegen snel op, vandaar deze foto vanaf grote afstand.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Waterpieper (Anthus spinoletta) Wat groter in beeld en zo de kenmerken wat beter te herkennen.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Dansmug (Chironomidae spec.) Voorbije zondag scheen 's middags de zon. Een turkse tortel zat in de tuin dan ook een zonnebad te nemen. Daar naar kijkend vielen een heleboel schitteringetjes in de lucht op; dat moesten wel vliegjes zijn dacht ik, het waren er wel tig. Ik ging naar buiten met een schoon jampotje en maaide daarmee door zo'n schitterend wolkje. In de pot had ik er enkele te pakken, eentje daarvan heb ik met de macrostackopstelling gefotografeerd en opgemeten. Het lijfje was 2 mm en het hele insect van antennetop tot vleugeleind 3,5 mm. Het bleken allemaal dezelfde dansmuggetjes te zijn. Die houden van gezelligheid want ze komen zo wat allemaal tegelijk naar buiten nu het weer wat beter wordt. Ik had een mannetje op de foto gezet, die hebben een ongelooflijk grote antennewirwar op hun kleine koppie staan. Dat allemaal omdat ze de geur van een vrouwtje niet willen missen. Ze vangen vast een heleboel feromoontjes uit de lucht met hun speciale kapsel. Vanwege dat kapsel worden ze ook wel vedermuggen genoemd. Dansmuggen behoren niet tot de bloedzuigende muggen die mens en dier plagen zoals de steekmuggen. Het zijn onschuldige insecten. Er zijn een groot aantal soorten, dit specifiek mugje op naam brengen is ook voor deskundigen haast niet te doen, er zijn gewoonweg te veel op elkaar lijkende soorten.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Ransuil (Asio otus) Het is heel lang geleden dat ik hier in de buurt een ransuil zag. Zijn ze allemaal overwoekert door de bosuil, die we juist heel veel horen en zien hier? Ook deze ransuil zat niet bij ons in de buurt, deze zat in Klundert. Samen met nog een aantal soortgenoten zat deze in een niet al te grote boom in een gewone dorpsstraat daar. Heel apart dat deze uilen dat doen, zo samen komen in de drukte van een dorp. Ongewoon is het niet voor deze soort, ze overwinteren in groepen van enkele tientallen exemplaren in boomgroepen op bijvoorbeeld begraafplaatsen of in parken, deze overwinteringsplaatsen worden vaak jaren achter elkaar gebruikt. De meeste ransuilen verblijven het hele jaar in hetzelfde gebied, maar vogels uit Noord-Europa trekken over een korte afstand naar het zuiden. Bij het fotograferen zie je bijna altijd onscherpe veertjes bij de keel, daar trilt het steeds of zo iets, je krijgt die niet scherp op de sensor.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Kleine rietgans (Anser brachyrhynchus) Voor ons hier in de streek is deze kleine rietgans best een bijzondere waarneming. Kleine rietganzen zijn vooral in de herfst in Nederland te zien. Vrijwel alle kleine rietganzen die broeden op Spitsbergen, overwinteren in Nederland. Ze zitten dan op een oppervlakte van slechts enkele vierkante kilometers in het zuidwesten van Friesland. Al in november trekken deze vogels weg naar België. Ook in Oost-Groenland en IJsland komt de soort voor. Ik werd een paar jaar terug door Dirk Symens geattendeerd op deze vogel in De Maatjes, net in België. Dirk was een erg goede Belgische vogelkenner en ook de eerste Belg die een harttransplantatie onderging. Helaas is Dirk ondertussen gestorven.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Kleine rietgans (Anser brachyrhynchus) Met zulke vleugels is een reisje vanuit Spitsbergen blijkbaar goed te doen.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Grote zaagbek (Mergus merganser) De winter van 2012 was kouder dan dit jaar. De grote beek was dicht gevroren op een aantal wakken na. Die wakken geven extra kans op een foto van een eend. Zo kon ik dat jaar foto's van deze wintergast maken. Elk jaar komen in de winter wel enkele paartjes van deze mooie duikeenden op bezoek in onze Aa of Weerijs. De kunst is ze te benaderen en dat valt erg tegen. Ze zijn heel alert, zijn zo vertrokken als ze je zien. Een strenge winter met slechts enkele open plekken in het ijs komen dan van pas. De bek vertoont heel veel tandjes aan de rand waarmee de vis goed vastgegrepen kan worden. Aan die bekrand danken ze hun naam. En, zijn de poten van meneer niet een beetje rood?
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Grote zaagbek (Mergus merganser) Eerder liet ik meneer zien, nu mevrouw. Die heeft een mooi bruin kapsel, verder ziet ze er niet al te spannend uit. Als echte wintergast worden ze het meest gezien tussen november en maart, met de nadruk op hartje winter. Het voorkomen wordt sterk bepaald door het winterweer. Zacht winterweer in Noord-Europa brengt relatief weinig vogels naar ons land. Strenge vorst in het Oostzeegebied, daarentegen, verdrijft duizenden vogels naar ons land. Het merendeel houdt zich dan op in het IJsselmeergebied, maar wanneer ook dit grotendeels dichtvriest, verkassen velen naar open wateren in het rivierengebied of zelfs naar onze plaatselijke beek.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Grote zaagbek (Mergus merganser) De bek wat groter in beeld. De zaagtandjes, waaraan de naam te danken is, zijn overduidelijk. Moet je je vinger ook niet tussen houden denk ik.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Tapijtkevertje (Anthrenus verbasci) Er kroop deze week een donker stipje op de vensterbank, binnen, zo slim was het wel want het was bar koud buiten. Pas met een loepje kon ik goed zien wat het dingetje van een millimeter of 2 of 3 was. Een antrenus verbasci, die ook wel museumkever wordt genoemd. Met de leuk gekleurde schubjes is het een prima kevertje om eens voor de lens te zetten. Middels een stack van 42 foto's heb ik het kevertje scherp op kunnen tekenen. De Anthrenuskevertjes vliegen naar het licht, hebben stuifmeel, pollen en nectar nodig als voedingsbron. Behalve deze verbasci, die kan binnen blijven en vindt daar wel wat eetbaars. Zoals dierlijk en plantaardig materiaal: tapijten, wollen voorwerpen, huiden, bont, opgezette dieren, leren boekbanden, veren, hoorn, haar, zijde, cacao, graan, rode peper en roggemeel. Dus eigenlijk wel een echt rotzakje om binnen te hebben.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Macrofotografie. Mijn MP-E65 lens kan een object op de sensor weergeven tot vijfmaal groter dan de echte grootte van het object. Hier een voorbeeldje daarvan. In de vingers een echt klein kevertje, hier het tapijtkevertje. Dat kevertje wordt voor de lens gezet. De hardware en software doet de rest. Ze noemen dit ook wel extreem macro. Klopt wel vind ikzelf als je kijkt naar de details die zichtbaar worden zoals rechts onder te zien is bij het oog van het kevertje.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Tapijtkevertje (Anthrenus verbasci) Dit is een kopportretje van het 2 mm grote kevertje gemaakt met de opstelling die ik eerder liet zien. Best veel details zijn te zien. Zoals de opbergkastjes in het kopschild waarin de beide antennes precies passen en kunnen worden opgeborgen.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Waterkever (Sphaeridium lunatum) Dit is een opname van de onderkant van de kop van deze waterkever die ook op mest te vinden is. Bioloog Arno herkende een leuk detail op de kop waaraan te zien is dat dit een mannetje is. Vooraan aan weerszijden zijn twee ronde schijfjes te zien. Daarvan wordt verondersteld dat dat zuignapjes zijn! De mannetjes gebruiken die om zich tijdens de paring op het natte gladde halsschild van de vrouwtjes vast te zuigen. Daarnaast hebben de mannetjes ook nog een extra haak aan de voorklauwen die de vrouwtjes aan de rand van het halsschild vastpakken. Dat deze twee seksuele kenmerken van de mannetjes allebei op een dier voorkomen schijnt uniek te zijn.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Bonte Trechterspin (Tegenaria ferruginea) Deze best grote dame vond ik gisteren buiten bij de voordeur tegen de muur. Ze voelen zich op hun gemak in een schuilplaats die de vorm van een trechter heeft, daar dankt deze familie hun naam aan. Vanuit die trechter maken ze een web in de vorm van een ring of mat. Ze zijn best algemeen, waarschijnlijk loopt er bij jullie ook wel een dergelijke schoonheid rond.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Grauwe veldwants (Rhaphigaster nebulosa) Door de opwarming van het klimaat komen steeds meer soorten, die hier vroeger zeldzaam waren, noordelijker ook voor. Ook deze grauwe veldwants was tot voor kort in Nederland vrij zeldzaam, maar is met name in het zuiden flink in opkomst. Het ongeveer 15 mm grote insect is volkomen onschuldig en zuigt sappen uit vruchten en zaden. Ook zuigen ze bladkeverlarven leeg en zijn dus nuttig als die een plaag vormen. Het derde en vijfde segment van de antennes zijn geel gekleurd. Beetje raar maar ik kwam deze wants tegen bij ons in de keuken, hoe die daar kwam?
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Grauwe veldwants (Rhaphigaster nebulosa) Mijn vorige upload betrof zo wat mijn hele fullframe sensor. Je ziet zo lang niet alle details die in de foto zitten. Nu alleen het deel van de kop. Daarop zijn meer details zichtbaar zoals die rode ocellen boven op de kop. Het lijkt wel of er een iris in die ocellen zit maar dat zal wel gezichtsbedrog zijn? In het latijn betekent oculus oog. Insecten hebben in het basisplan van hun anatomie drie van die ocellen op het voorhoofd. Met de grotere samengestelde facetogen kunnen ze hun omgeving veel beter waarnemen. De ocellen kunnen licht en donker onderscheiden maar zijn qua beeldvorming optisch zeer inferieur aan de facetogen. De functie van de ocellen is in veel gevallen niet goed begrepen. De ocellen kunnen bij insecten ook ontbreken.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Moswolfspin ( Arctosa leopardus) In de garage zag ik meerdere van deze in totaal ca. 8 mm grote spinnetjes. Welke het is is vaak moeilijk uit te maken. De familienaam is duidelijk, is goed aan de stand van de acht ogen te zien, het is een wolfspin. Dat zijn echte rovers, zichtrovers, vandaar die grote ogen die recht vooruit kijken. Twee andere grote ogen speuren het luchtruim af op eventuele vijanden van boven. Vier kleinere ogen onder aan de voorkant speuren de directe omgeving nog verder af. Alles bij elkaar acht ogen, feitelijk de norm bij de spinnen. Ik denk aan het witte plukje haar op het achterlijf te kunnen opmaken dat het een moswolfspin is.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Zwarte zwaan (Cygnus atratus) Al weer bijna tien jaar terug kon ik in maart dit koppeltje fotograferen in De Matjens. Toen nog door de telescoop gedigiscoopt vanaf grote afstand. Daarna heb ik ze daar niet meer gezien. Het zal een doortrekkend stel zijn geweest. De meeste zwarte zwanen houden zich op in paren of familiegroepjes in of bij de broedgebieden. Concentraties tot enkele tientallen exemplaren zijn bekend van ruiplekken als het Volkerakmeer en IJsselmeer. De landelijke aantallen namen in de jaren negentig toe maar lijken daarna weer af te vlakken. De zwarte zwaan is bijna volledig zwart met enkel witte handpennen. De rozerode snavel is lichter op de punt. De poten zijn grijs. De zwarte zwaan heeft van alle zwanen de langste hals die meer dan half zo lang als de totale lichaamslengte. Tot 140 centimeter lang kunnen ze zijn en wel tot zes kilogram zwaar worden. Meneer en mevrouw zien er qua uiterlijke kenmerken gelijk uit.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
IJslandse grutto (Limosa limosa islandica) De komende zeg zes weken zou je in Zeeland, maar ook bijvoorbeeld dichter bij huis zoals bij de grote plas van de Bleeke Heide, deze trekvogel kunnen tegen komen. Het is een ondersoort van de grutto, geen echte andere soort dus. Op de foto staan er twee vooraan, daarachter nog enkele gewone grutto's. Behalve op IJsland broedt de ondersoort islandica in Noord-Noorwegen en heel beperkt op de Shetland-eilanden. Overwinterd wordt in kustgebieden van Groot-Brittannië en van Zuidwest-Nederland zuidwaarts tot in Noordwest-Afrika. De IJslandse grutto onderscheidt zich van ‘onze’ grutto ondermeer door zijn geringere grootte, gedrongen postuur en, vooral bij mannetjes in zomerkleed, een veel meer roodbruine kleur.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Keep (Fringilla montifringilla) Pas deze week zagen we voor het eerst dit jaar een keep in onze tuin. Ik heb ze nooit geteld maar mijn gevoel zegt dat andere winters er eerder en meer kepen bij ons langs kwamen. Zo kon ik op 23 3 2013 deze foto maken. Het lijkt een stelletje dat dankbaar gebruik maakt van ons voer. Het zijn in de regel Scandinavische en West-Russische kepen die ons land aan doen. Ze zijn het talrijkst in bosrijke streken. De najaarstrek begint eind september, houdt aan tot diep in november en piekt meestal in de tweede helft van oktober. De voorjaarstrek speelt zich af tussen half februari en half april, in sommige voorjaren iets later. De grootste aantallen in het zuidoosten van het land gezien. De jaarlijks waargenomen aantallen schommelen hevig, en dat geldt ook voor de aantallen overwinteraars. Het aanbod beukennootjes is belangrijk voor overwinterende kepen.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Kauw (Corvus monedula) Help. Deze gasten bouwen nu voor het tweede jaar achtereen een aantal nesten onder onze zonnepanelen die we op ons huisdak hebben liggen. Ons dak ligt onder ca. 50 graden en er is maar een best kleine ruimte tussen panelen en dakpannen. Toch zijn ze weer volop bezig. De ene tak na de andere wordt er onder gesleept. Vooral 's morgens is het een gekibbel van belang daar op het dak, ze kletsen of ruzieën wat af die kauwengemeenschap. En dom schijnt het ook te zijn want een broedsel schijnt steeds te mislukken omdat het te warm wordt onder de panelen. Ik heb niets tegen die kauwen op zich, maar laten ze de stroomkabels heel? Gaat het daarmee mis dan zullen de panelen snel een misinvestering blijken. Er zijn een soort borstelranden te koop die gemonteerd zouden kunnen worden maar helpen die echt want die kauwen zijn erg inventief.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Kraamwebspin (Pisaura mirabilis) Elk jaar zie ik deze spin wel in de tuin of zelfs in huis. Volgens mij is het een Pisaura ofwel Prachtspin. De spin wordt ook wel grote wolfspin genoemd. Kraamwebspinnen (Pisauridae) zijn een familie van spinnen bestaande uit 339 soorten in 53 geslachten. De Nederlandse naam dankt de spin aan hun vorm van broedzorg waarbij een web wordt gemaakt dat dient als een soort kraamkamer.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Kraamwebspin (Pisaura mirabilis) Nog eens deze spin en dan meer compleet in beeld. Enge beestjes vinden velen. Klopt misschien ook wel, immers, het paringsritueel is bijzonder. Het mannetje neemt een 'geschenk' als maal mee voor het vrouwtje. Terwijl zij dat maal verorbert, probeert het mannetje te paren. Als dit hem niet lukt, zal het vrouwtje ook dat mannetje grijpen en opeten.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Heilige ibis (Threskiornis aethiopicus) Een van mijn frappantste vogelontmoetingen had ik in maart 2012 in De Matjes, eigenlijk nog net in De Maatjes want het was net op Belgisch grondgebied. Gelukkig had ik camera met telelens bij me. Een heilige ibis, een heel onverwachte verschijning. Op internet lees ik o.a.: De heilige ibis is een soort die van oorsprong alleen voorkomt in Afrika. Ontsnapte vogels deden vanaf 2001 broedpogingen. De vogels waren vooral afkomstig uit het vogelpark Avifauna bij Alphen a/d Rijn. Vanaf 2009 zijn ze zo veel mogelijk terug gevangen. Vanaf 2010 zijn er geen broedgevallen meer gemeld. Sindsdien wel af en toe meldingen van waarschijnlijk uit Frankrijk afkomstige vogels.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Heilige ibis (Threskiornis aethiopicus) Haast zeker dat ik deze vogel nooit meer hier in de streek zal tegen komen, daarom nog maar een foto van hem, of haar. Hier foerageert de ibis op een vochtig weiland. Dat vochtige zal een vereiste zijn verwacht ik omdat de vogel het moet hebben van voornamelijk insecten waaronder sprinkhanen, krekels en watertorren, maar ook kreeftachtigen, wormen. Maar ook schelpdieren, vissen, kikkers, hagedissen, jonge vogels en kleine zoogdieren lust ie als ie de kans daartoe krijgt. Ze foerageren meer als een reiger dan als een zwarte ibis lees ik.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Nunvlinder (Orthosia gothica) Een nachtvlinder die je in het voorjaar ziet. Ze kunnen goed tegen de kou, al vriest het dan nog wordt er gevlogen. Hij is heel algemeen en best mooi getekend vind ik, met best wat verschillende kleuren in het kleed. Ze vliegen van begin maart tot juni in één generatie. De vlinders zijn vaak pas later op de avond actief. Ze komen zowel op licht als op smeer en bezoeken wilgenkatjes.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Kleine geelpootruiter (Tringa flavipes) Een vogel kan soms helemaal van het padje zijn. Zo komt er wel eens een steltlopertje die in Noord-Amerika thuis hoort onze kant op, een hele afwijkende reis lijkt me. Zo werd op waarneming.nl gemeld in maart 2015 dat in Zeeland een kleine geelpootruiter op bezoek gekomen was. En zowaar, ik kwam hem daar ook tegen op het spoor gezet door waarnemingen van anderen. Het lukt ook nog om er redelijke foto's van te maken. De gele poten zijn onmiskenbaar, het ruitertjesgedrag eveneens. Zoals gezegd de soort komt voor in Noord-Amerika, maar hij dwaalt regelmatig af naar West-Europa. Ze broeden in open plekken in bosgebied of open gebieden nabij meren tot op de toendra's van Alaska en centraal Canada. In de winter zijn ze te vinden bij modderbanken en moerasgebied. Ze trekken van juli tot september naar het binnenland van de VS. Een groot gedeelte trekt via de Atlantische kust ook naar Zuid-Amerika. De lentetrek verloopt meestal via het binnenland van de VS en minder via de kusten. De vogel broedt in noordelijk Noord-Amerika en overwintert normaliter van zuidelijk Noord-Amerika tot in zuidelijk Zuid-Amerika.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Kleine geelpootruiter (Tringa flavipes) Hoe klein is klein bij de kleine geelpootruiter. Dat is hier in te schatten omdat achter hem een tureluur loopt. De ANWB-vogelgids geeft op als lengte voor de tureluur 24-27 cm van snavel- tot staartpunt. Voor de kleine geelpuitruiter geven ze op 23-25 cm. De geelpootruiter is dus niet al te klein, zeg maar even groot als een tureluur.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Kleine geelpootruiter (Tringa flavipes) Ze zijn goed opgevoed deze ruitertjes. Zo is het leuk om te zien dat in de regel een gevangen worm eerst netjes wordt gewassen eer ie wordt opgegeten. Hier is de ruiter met ferme stappen onderweg naar het waswater.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Witkopstaartmees (Aegithalos caudatus caudatus) De gewone staartmees ken je vast wel maar er is er ook eentje die er net wat anders uit ziet. Eentje met een witte kop en witte buik. Elk jaar komen in de wintertijd wel een aantal van deze ondersooort van de gewone staartmees op bezoek bij ons. Zo kon ik enkele jaren terug bij een voerplek in het bos dit exemplaar fotograferen. Waarschijnlijk is dit zo'n witkop maar zeker is het ook weer niet want er schijnen ook tussenvormen rond te vliegen.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Marmerspanner (Ecliptopera silaceata) Ze komen weer aangevlogen deze mooi gekleurde spannertjes. Ze vliegen van april tot en met augustus. Vrij algemeen zijn ze op de zandgronden. Ze zijn niet zo kieskeurig en eten van allerlei planten. In de winter verstoppen ze zich als pop.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Ree Zou hij de motor van de lensstabillisatie gehoord hebben, vast wel met zulke oren? Maar waarom vond ie dat zo interessant?
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Ree Een paar keer wilde ie door lopen, dan draaide hij zich weer naar mij toe, deed een paar passen alsof ie me wilde weg jagen, met enkele blafjes als ondersteuning.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Ree Hoge nood of territoriumafbakening, ik denk het eerste.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Ree Nog eentje ter afsluiting van de leuke ontmoeting. Dat alles bij bewolkt weer, wat niet altijd nadelig is voor een foto, met de 500 mm lens gestabilliseerd, op iso 1000, f 5 en met 5Ds. Overigens, deze knaap was al eens in de prikkeldraad gelopen meen ik want ik zag een kleine goed genezen winkelhaak voor op de borst.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Goudvink (Pyrrhula pyrrhula) De goudvink was aan het eten van jonge bramenscheuten. En natuurlijk had ie me in de gaten. Dichterbij wilde hij niet komen en liet hij mij ook niet komen. Jammer, zou deze mooie vogel nog een keer nog beter in beeld willen krijgen.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Bladrolkever (Rhynchitidae / Deporaus betulae) Dit kevertje zat vijf jaar terug in ons beukenhaagje. Ik denk dat het een bladrollertje is, een keversoort waarbij het vrouwtje een kunstje kent. Het vrouwtje kauwt eerst aan weerszijden van de hoofdnerf een spleet in een blad. Ze legt dan een eitje aan de tip van het blad. Dankzij de spleten in het blad kan ze dan het blad opvouwen langs de hoofdnerf en vervolgens vanaf de tip naar de bladsteel toe oprollen tot een cilinder, waarin het ei is opgeborgen. Ten slotte kauwt ze de bladsteel gedeeltelijk door zodat het blad zal verwelken en uiteindelijk afvallen. De larve ontwikkelt zich in en voedt zich met de "sigaar", en verpopt ofwel in het blad ofwel in de bodem. We hebben tegenwoordig dus te weinig van dit soort plaagbeestjes, ik zie ze ook niet veel meer in ons haagje maar misschien zie ik ze over het oog? De vogeltjes hebben dit soort insecten hard nodig als voedsel.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Bladrolkever (Rhynchitidae / Deporaus betulae) Je vergeet het soms omdat de vleugels zo goed verstopt zijn onder die degelijke dekschilden maar kevers kunnen best goed vliegen, op enkele soorten na dan. Deze is zo een eindje verder gevlogen als ie zou willen.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Blauwborst (Luscinia svecica) Altijd fijn om in het voorjaar weer die leuke blauwborst tegen te komen. Na wat oefening herken je zijn liedje wel. Dat helpt echt om hem te vinden. En, je ziet ze steeds meer, deze bijvoorbeeld in het nieuwe stukje natuur tussen Pannenhoef en Vloeiwijde, opzij van het Vervul. T.o.v. 1980 vliegen er bij ons wel zeven maal zoveel blauwborstjes rond. Een echte aanwinst wat mij betreft.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Blauwborst (Luscinia svecica) Het zit een hobbyvogelfotograaf niet vaak mee. Zoals te zien op deze foto. Takjes voor de vogel, waarom poseert ie niet even op een mooiere plek. En, als je goed de foto bekijkt, dan zie je ter hoogte van de vleugel over de hele breedte van de foto een iets lichtere baan. Dat komt hier omdat de blauwborst precies achter een prikkeldraad ging zitten die tussen lens en vogel zat. Die prikkeldraad komt heel erg onscherp op de foto, wordt een brede verstoring die scherpte- en contrastverlies oplevert.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Zwartkop (Sylvia atricapilla) Niet altijd zit het de hobbyvogelfotograaf tegen. Dat gevoel kreeg ik bij deze foto. De zwartkop is op zich maar een eenvoudig grijs vogeltje met een zwart petje op. Maar zijn zang en pose maakt hier veel goed, het is een van onze fijnste zangertjes vind ik zelf. Hier komt dat zingen goed tot uiting vind ik en bovendien past zijn grijze jasje perfect in de rustige wat meer donker grijze achtergrond. Hij heeft me niet in de gaten omdat ik onder mijn camouflagedoek zit en voelt zich zichtbaar op zijn gemak. Ik zit midden in het best donkere bos waardoor een wat langere sluitertijd met mijn 500 mm noodzaak werd waardoor het zingende snaveltje daadwerkelijk lijkt te zingen.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Zwartkop (Sylvia atricapilla) Hoe krijgt de natuur het steeds verzonnen. Meneer zwartkop heeft een zwart petje op, zie mijn vorige foto, maar mevrouw heeft een roodbruin petje op. Petje af voor die steeds verrassende en boeiende natuur. En laten we met elkaar moeite doen om iets ervan over te houden voor de latere mensheid.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Grutto (Limosa limosa) Ik ben op gruttocontrole geweest, in het laatste restantje van de Klein Zundertse Heide, een deceptie. Tussen Vossenbergstraat en Eldertstraat ligt dat laatste restje, 150 bij 200 meter groot, of liever, 150 bij 200 meter klein. Het is er nog een beetje nat. Vorig jaar zag ik daar in het voorjaar nog drie grutto's. wat later geen een meer. Afgelopen week zag en hoorde ik er geen enkele. Ik ben bang dat de grutto daar geschiedenis is, doodzonde. Wel vond ik, deels verborgen in een sloot een camouflagetentje van waaruit gejaagd wordt. Logisch natuurlijk, want er zou eens een wilde eend of gans te veel rondvliegen!? Hopelijk schieten ze niet op watersnippen en ruiters want die zag ik daar ook nog enkele. Uit nood hierbij een foto van een paar jaar terug.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Grutto (Limosa limosa) Lopend in een maisveld, zou hij ook broeden tussen de maisplanten? Dat was wellicht geen verkeerd idee?
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Elzenhaantje (Agelastica alni) Zie je dat blauwe kevertje linksonder op de foto? Helemaal rechts zit er nog een op een ander elzenblad, onscherp, je ziet alleen het blauwe vlekje. En zie je de aangevreten blaadjes? Dit soort insecten zien we tegenwoordig dus te weinig. De vogels, zoals hier een tjiftjaf op de achtergrond, hebben deze diertjes hard nodig om zelf goed gevoed te blijven maar zeker ook om hun jongen groot te brengen. De natuur is keihard, de een zijn dood is de ander zijn brood. We moeten er voor zorgen dat er voldoende van dit brood blijft. Elzenhaantjes zijn 6-7 mm lange kevertjes en zijn met name te vinden op de els. De kevers zijn ook op andere bomen en struiken te vinden zolas op wilgen en hazelaars. De kevers overwinteren tussen organisch materiaal op de grond en vanaf april tot juni zijn ze op de bladeren te vinden. De volwassen kevers knagen aan de bovenzijde van het blad en de larven vreten aan de onderzijde van de bladeren.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Tjiftjaf (Phylloscopus collybita) Hier is de tjiftjaf scherp en de kever onscherp, op de vorige foto was dat andersom. Het moet haast wel zo zijn dat de tjiftjaf dit soort kevers opmerkt. En ik denk dat ie ze ook wel lekker vindt? Je verwart de tjiftjaf gemakkelijk met de fitis. Totdat je hun liedje hoort, dan is het weer heel eenvoudig om ze uit elkaar te houden. De tjiftjaf roept immers zijn eigen naam. Ook de pootjes kunnen behulpzaam zijn bij het herkennen. Die van de tjiftjaf zijn donkerder, soms tegen het zwarte aan. De fitis is ook iets groter maar dat valt niet op. De vleugelmaten van de tjiftjaf liggen tussen de 55 en 63 mm en die van de fitis tussen 61 en 70 mm. De grotere vleugellengte stelt de fitis in staat om verder te trekken dan de tjiftjaf. Overwinteren doet de tjiftjaf in de landen rond de Middellandse zee. De fitis gaat veel verder. Helemaal tot in tropisch en zuidelijk Afrika, een afstand van zo'n vierduizend kilometer. Ook blijft de tjiftjaf langer bij ons dan de fitis en hij overwintert nog wel eens in Nederland en België.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Tjiftjaf (Phylloscopus collybita) Nog een keertje een tjiftjaf. Deze foto gaat echter wat mij betreft niet zozeer over dit leuke vogeltje, ofschoon de oogstreep en de donkere pootjes goed herkenbaar zijn. De foto gaat meer over 'de' voorjaarskleur, over het heldere frisse groen van het voorjaar, over de nieuwe frisse energie die bomen, struiken en planten weer laten zien in april. Een kleur waar je een goed gevoel door krijgt.
IP-adres uploaden
84.26.66.101
Tijdlijnfoto's
Paard (Tractorus nostalgus) In de Pannenhoef lopen enkele werkpaarden. Werkeloos, onbemiddelbaar vrees ik. Hopelijk blijven er hobbyisten over die dit soort paardenrassen in stand willen en kunnen houden. Het waren in mijn vroege kinderjaren nog duurzame tractors deze sterke joekels.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Paard (Tractorus nostalgus) Het was nog vroeg in de ochtend, denk dat ie nog maar net wakker was. Een gevalletje van ochtend strek- en rekwerk denk ik. Deed geen zeer en ging vanzelf over. Maar wat is die natuur toch indrukwekkend nietwaar?!
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Paard (Tractorus nostalgus) Broerlief?
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Grasmus (Sylvia communis) Wie kent dit vogeltje niet moest ik denken. De grasmus is immers een veel voorkomend en nadrukkelijk aanwezig zangvogeltje, op de zandgronden althans, op de klei zie je hem niet vaak. Zijn zang is niet zo moeilijk uit het hoofd te leren, ook zijn gedrag is goed herkenbaar. Luid krassend zingend boven in een struik is ie met zijn witte keelvlek en opvallend oog niet te missen op een wandeling in een van onze natuurgebieden. De eerste grasmussen komen meestal half april in Nederland aan, in sommige (vooral recente) jaren ook wel iets eerder. Doortrek van deels Scandinavische en Duitse vogels, kan plaatsvinden tot eind mei. Vanaf begin juli treden ongerichte verplaatsingen op die vanaf eind juli overgaan in gerichte trek. Eind augustus en begin september is de wegtrek grotendeels voorbij, op wat laatkomers tot in oktober na.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Noordse kwikstaart (Motacilla flava thunbergi) Sommige vogels hebben een goede klok ingebouwd. Zo ook deze mooie gele zangvogel met lange staart en grijs/zwarte kop die ik vandaag waarnam. Wil je deze kwikstaart, hij behoort tot de familie van de piepers en kwikstaarten, hier zien dan moet je in de eerste weken van mei present zijn op plaatsen waar hij op zijn trektocht even bij tankt. Bijvoorbeeld in Zeeland langs de kust of het scheldewater, of in de Biesbosch. Er kunnen in die dagen groepjes van enkele tientallen vogels aan je voorbij trekken. Velen beschouwen hem als een ondersoort van de gewone gele kwikstaart, anderen noemen hem weer een eigen soort. Ze worden ongeveer 16 cm groot, even groot als de gewone gele kwikstaart. De (onder)soort komt voor van het midden van Scandinavië tot in Siberië. Op de najaarstrek worden ze veel minder vaak waargenomen, ze vallen dan ook minder op tussen de gewone kwikstaarten.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Noordse kwikstaart (Motacilla flava thunbergi) Het vrouwtje van de Noordse kwikstaart doet denken aan de gewone gele kwikstaart. Ten opzichte van het mannetje minder geel, meer wit als oogstreep, veel minder zwart op de kop. Flinke achtertenen hebben ze.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Engelse kwikstaart (Motacilla flavissima) Noordse kwikstaart (Motacilla flava thunbergi) (gewone) Gele kwikstaart (Motacilla flava) Een foto deze week gemaakt in Zeeland in Noord Beveland langs het scheldewater. Een foto die alleen de vogelliefhebber zal aanspreken verwacht ik. En wel omdat er maar liefst drie soorten gele kwikken op staan. Zo langs het water op de dijk bij schapen kun je ze begin mei op de trek tegen komen. Op de bovenste buis is de gewone gele kwik te zien. Op de buis daaronder, rechts, is een Engelse kwik te zien. Ook in het gras loopt een Engelse. Weer een buis lager is de Noordse kwik te zien, zo ook in het gras.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Gele kwikstaart (Motacilla flava) De gewone gele kwik.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Engelse kwikstaart (Motacilla flavissima) De Engelse kwik. Wordt als aparte soort beschouwd. Lijkt wat minder slank?
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Engelse kwikstaart (Motacilla flavissima) Beter als zo kreeg ik deze zeldzame vogel niet in beeld. Gelukkig zijn de kenmerken goed te zien. Het geel op de kop, de gele oogstreep, zijn niet te missen. Broedgevallen komen bijna alleen voor in de kuststreek, met de nadruk op de Zuid-Hollandse Bollenstreek. Het voorkomen in de Nederlandse kuststreek vormt onderdeel van het broedgebied van de Franse westkust tot in Noord-Duitsland, dat overigens getalsmatig in het niet valt bij de aantallen op de Britse Eilanden. In Nederland gold de soort tot ongeveer 1970 als zeldzame broedvogel. De ontdekking van forse aantallen in de Bollenstreek leidde tot nauwkeuriger onderzoek, waarbij de soort ook elders in de kuststreek verre van zeldzaam bleek. De schatting voor 1975 komt uit op 150-200 paren. Inmiddels is het tij gekeerd, waarschijnlijk doordat de Britse bronpopulatie afneemt, en broeden er hooguit enkele tientallen paren in ons land.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Torenvalk (Falco tinnunculus) Zelden zie ik een torenvalk op deze manier in een boompje zitten. Even later kwam denk ik de verklaring want even hierna ving meneer, want het is een mannetje, een muis vlak bij dit boompje. Torenvalken hebben de speciale eigenschap dat ze urinesporen van muizen kunnen zien. Die kleuren voor hen apart op tussen al het groen van het gras.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Torenvalk (Falco tinnunculus) Op de vorige foto zat meneer nog in een boompje. Even later staat ie op een weipaal met een mals maaltje tussen de poten. Hij had honger of vertrouwde me want hij liet me uitgebreid zien hoe een muis wordt gedemonteerd. Een beetje luguber is het wel. Laat weer zien hoe hard de natuur is. Ik moest denken; wat is nu het verschil tussen de dood van dit muisje en de dood van een hert in de Oostvaarders plassen?
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Merel (Turdus merula) Gelukkig, we hebben dit voorjaar nog steeds enkele jonge merels in de tuin, twee zagen we er minimaal. Aantal merels 'opvallend' afgenomen, oorzaak waarschijnlijk het usutuvirus, het lijkt erop dat het usutuvirus, het virus dat dodelijk is voor merels, een flinke slachting heeft aangericht onder de merelpopulatie. Uit de laatste tellingen blijkt dat er in Brabant gemiddeld een halve merel per tuin minder is. Dat lazen we vast allemaal wel in de krant. Des te beter dat er nieuwe kleuters bij komen. In 2017 zaten er volgens tellingen gemiddeld twee merels per tuin in Brabant. In 2018 zijn er tot nu toe gemiddeld 1,5 merel geteld. Een zorg in onze tuin is wel de aanwezigheid van meerdere katten van diverse buren. Ik hou van katten maar waarom moeten die gewoon los lopen en bij anderen vogels uit de tuin verjagen?
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Tapuit (Oenanthe oenanthe) Een voor deze mooie vogel typerende foto. Fier loert ie de directe omgeving af op vliegjes of andere insecten. Slim dat ie is, is ie op een kluitje zand gaan staan, zo iets hoger geeft een beter uitzicht. Je vind hem op dit soort open akkers waaraan zijn kleuren zijn aangepast. Je moet dan ook goed de grond afzoeken anders zie hem over het hoofd. Dit is een mannetje. Je ziet ze bij ons alleen nog maar in de trektijd.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Tapuit (Oenanthe oenanthe) Natuurlijk hield ie me goed in de gaten maar ik mocht even mijn gang gaan met mijn telelens op de rijstzak vanuit het autoraam.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Tapuit (Oenanthe oenanthe) Een laatste van deze tapuit. Een zij/ en vooraanzicht had ik al gepost, nu is de donkere rug te zien. De lichte en donkere tinten maken dat meneer in het zandlandschap helemaal niet op valt.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Tuinfluiter (Sylvia borin) Een foto die alleen door personen die al wat kennis hebben van vogels echt zal worden gewaardeerd denk ik. Immers, de saai uitziende vogel is maar slecht te zien zo binnen de struik. Maar dat is nu net de mop bij dit vogeltje. De tuinfluiter fluit er lustig op las maar altijd goed verscholen binnen een struik. Je ziet ze niet makkelijk, ze laten zich zelden lekker vrij volledig in beeld zien. Geef mij maar de veiligheid binnen een takkenwirwar denken ze. Je mag ze dus niet makkelijk zien, makkelijk horen doe je ze echter wel. Ze zingen er lustig op los met hun opvallend langdurig aangehouden zang, als een klein haastig mereltje die er maar niet genoeg van krijgt. De soort is niet schaars in bossen met veel onderbegroeiing maar het is opletten, vaak wordt ie verward met de zwartkop die veel talrijker is.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Tuinfluiter (Sylvia borin) De tuinfluiter is bijna even groot als de huismus maar veel slanker en heeft een spanwijdte van ca. 20-24 cm bij een gewicht van ca. 16-23 g. Zijn bovenzijde is egaal bruin en zijn onderzijde licht beigebruin. Soms is toch wel goed een lichte oogring en borst te zien. Hij leidt een verborgen leven en is vaker te horen dan te zien. Hier zien we hem een grote mond opzetten. Ze maken een los, slordig nest van halmen en wortels en verbergen het goed, laag in de struiken. De tuinfluiter broedt in mei-juni met 1 à 2 broedsels. Per broedsel 4 tot 5 witte of groenige eieren met bruine vlekken. De tuinfluiter eet insecten, insectenlarven en spinnen. In de late zomer eet hij ook bessen en andere zachte vruchten.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Roodborsttapuit (Saxicola rubicola) De roodborsttapuit gedraagt zich heel anders dan de tuinfluiter. Laat die tuinfluiter zich nooit gemakkelijk zien, deze roodborsttapuit laat zich altijd wel gemakkelijk zien. Hij wil overzicht en zit daarom altijd vrij. Hoog in een struik, op een weipaaltje of op een prikkeldraad. Je zult dit leuke vogeltje dat gelukkig talrijk voor komt bij ons daarom niet gemakkelijk missen op je natuurwandeling.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Roodborsttapuit (Saxicola rubicola) En natuurlijk wordt je op de voet gevolgd. Wat gaat die snuiter doen met dat grote ding met groot glazen oog zo kijkend naar mij. Vanwege het diepe zwart op de kop is het niet zo goed te zien maar ik wordt hier diep in de ogen gekeken.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Roodborsttapuit (Saxicola rubicola) Zo zit hij het liefst, helemaal bovenin een struik, met ongehinderd uitzicht. Ik schrijf bewust 'struik' want in grote bomen zie je hem niet vaak. De voorkeur gaat uit naar kleinschalig wei- en akkerland, niet de grote bomen, niet het bos.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Veldleeuwerik (Alauda arvensis) We kennen deze vogel vooral van zijn fijne liedje hoog in de lucht. Hij hoort thuis in het veld. Onder veld verstaan we hier een stuk open land, een akker, een stuk grond met gewas. Dat laatste is hier het geval, het gewas steekt net de kop uit het zand. Nu maar hopen dat er niet teveel gif gespoten wordt om het gewas te vrijwaren van vlekjes. Voor zijn nestje heeft ie nog een strookje grond met gras nodig dacht ik.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Witte kwikstaart (Motacilla alba) Deze witte kwikstaart kun je tegenkomen in min of meer open land: platteland, akkers, gorzen en slikken, graslanden, oevers, park en tuin, golfbanen, stedelijk gebied, industrieterreinen en op meer uitgestrekte weilanden. Overal waar insecten te vinden zijn. Ze zijn talrijk. Ze zoeken meestal lopend op de grond voedsel. Rennen voortdurend achter insecten aan en maken daarbij ook korte vluchtjes. Ze eten insecten, vooral muggen, vliegen, libellen, vlinders en hun larven. Hun lange staart helpt bij het maken van de snelle korte bewegingen die nodig zijn om de insecten te snel af te zijn. Waarom ze die staart steeds opwippen is me niet duidelijk, is verloren energie zou je denken?
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Witte kwikstaart (Motacilla alba) Bijna Pop-art zo zou je de witte kwik kunnen noemen. Voor de grap daarom de foto nu eens alleen in zwart-wit. Het beetje kleur dat in de vorige foto te zien is maakt toch een groot verschil vind ik.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Boerenzwaluw (Hirundo rustica) Vogelbescherming meldt op hun site: in het laatste kwart van de twintigste eeuw afgenomen, waarschijnlijk als gevolg van modernisering van landbouwbedrijven en intensivering van grondgebruik (minder voedsel en nestgelegenheid), sinds de eeuwwisseling is de stand stabiel tot licht herstellend. Echt goed gaat het dus niet met hem. Maar wellicht beter dan met neef huiszwaluw?
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Spreeuw (Sturnus vulgaris) Dit jaar draagt onze kersenboom ontzettend veel kersen. Ongelooflijk hoeveel vruchten daar dan afkomen. Zo veel dat de vogels niet alles op kregen en we zelf ook nog de kans kregen om wat te plukken, lekker voor in de yochert bijvoorbeeld. Het duurde even eer vogels dit jaar onze kersenboom ontdekt hadden. De kersen waren al rood toen de eerste vogels er flink van begonnen te eten, apart want andere jaren zijn de vogels al weg met de nog haast groene kersen. Wat later kwam ook een spreeuw achter de gunstige voedselbron. Die ene spreeuw werd er al gauw een paar en een paar dagen later was dat aangegroeid tot een groep van tientallen spreeuwen. Gelukkig beginnen de meeste vogels boven in de boom de kersen te eten zodat aan de onderste takken nog wat over bleef voor de yochert.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Spreeuw (Sturnus vulgaris) Ik hoor dat overal veel vruchten aan de bomen hangen. Dan mogen we verwachten dat er veel jongen groot gebracht kunnen worden dit jaar?
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Groenling (Carduelis chloris) Naast een grote kersenboom hebben we ook een flinke krentenboom (Amelanchier lamarckii) in de tuin staan. De krentjes smaken goed en dat weten de vogels maar al te goed. Een hele familie groenlingen bezoekt de boom met regelmaat. De groenlingen hebben liever een krent dan een kers. Het nut van dit soort bomen, of struiken, voor de vogels is overduidelijk. Overigens, van de Amelanchier heb je minstens drie keer per jaar plezier, met een beetje geluk zelfs vier keer. Deze aardige bladverliezende struik of kleine boom loopt in het voorjaar uit met schitterende bladkleuren die per soort variëren van oranjerood tot bruinrood. Daarna volgt een overweldigende bloei met hangende trosjes witte bloempjes. Tijdens de bloei zijn de planten helemaal overdekt met bloemen. Vervolgens verschijnen de krenten, de vruchten waaraan deze soorten hun naam krentenboompjes danken. Ze zijn eetbaar en smaken lekker zoet. Dat is het derde plezier. Wil je ze eten dan moet je de vogels voor zijn. Dan volgt nog het vierde plezier: de prachtige vlammende herfstkleuren van het blad voor het afvalt.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Groenling (Carduelis chloris) Mede dankzij de kersen en vooral de krenten, kon dit jaar een stel jonge groenlingen opgroeien. De streepjes op de buik verraden dat het hier een van die jongen is die op het padje zijn maagje aan het vullen is.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Kauw (Coloeus monedula) Een jonge kauw in onze notenboom. De nog goed zichbare gele begingranden van de bek laten zien dat dit een kleuter is, ook de korte staart verraad dat. We hebben veel bezoek van kauwen in de tuin. Dat is leuk maar ook een beetje vervelend. Want die vlerken huizen onder onze zonnepanelen. Ze hebben daaronder verschillende nesten gebouwd middels een vracht aan takken en takjes. Of het ook tot broeden is gekomen, ik denk van niet, het wordt immers veel te warm onder die panelen. Wel is er gebroed op de schoorsteen van onze overbuurman. Dat ontgaat je echt niet want er wordt wat afgekletst daar in die kauwenfamilies. Dat begint al direct bij zonsopgang en stopt eigenlijk niet meer gedurende de dag. Deze kleuter bedelde met korte roepjes ook heel de dag om weer een snackje.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Zanglijster (Turdus philomelos) Dit is een van onze tuinmannen. En een goeie, eentje met een specialisatie. De zanglijster lust namelijk heel graag slakken en zoekt die kundig op tussen onze planten in de tuin. Dat vieze ding hier op de grond voor zijn snavel is zo'n slak. Ieder zijn voorkeur denk ik maar.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Roodborst (Erithacus rubecula) Best for Birds staat op het plaatje van dit korfje. Volgens mij was het korfje toch echt bedoeld voor bijen en soortgenoten. Maar deze roodborst nam de tekst letterlijk en bracht er met succes een viertal jongen groot. Uiteraard had ik daar geen problemen mee.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Kneu (Linaria cannabina) Het mannetje van deze vogel uit de familie van de vinken kan heel wat mooier, dieper, gekleurd zijn dan dit exemplaar. Ik moest daarom even denken dat dit een vrouwtje is maar dat is onjuist, vrouwtjes hebben geen rood in de veertjes. Meneer moet dus nog wat meer op kleur komen verwacht ik. De kneu is een echte zaadeter en gedijt het best op plaatsen met veel kruiden en grassen. Wilde soorten, maar ook cultuurgewassen zoals koolzaad, mosterdzaad en lijnzaad. Vroeg in de lente zijn vogelmuur, veldkers, vroegeling en varkensgras belangrijke voedselbronnen, later ook paardenbloem, brandnetel, distel en kaardenbol. Ook de nestjongen eten uitsluitend zaden. Ook tijdens de broedperiode leven de vogels vaak in kleine groepjes, doorgaans in relatief open terrein met veel struikgewas en kruiden. Een gedeelte van de populatie kneuen trekt tijdens het najaar naar het zuiden. Vogels uit Scandinavië trekken dan echter naar Nederland, zodat de kneu het hele jaar door te zien is.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Sluipwesp (Ichneumonidae) Ik vond dit insect binnen, dood op een vensterbank. Ik vond het een foto waard. Het bleek een sluipwespje te zijn. Allerlei soorten en maten zijn er daarvan. Boeiende beestjes, de moeite waard om er eens wat meer over te lezen.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Spreeuw (Sturnus vulgaris) Veel jonge vogels nu in het land, is dit er ook niet eentje?
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Rietzanger (Acrocephalus schoenobaenus) Ca. 12,5 cm lang is deze echte rietbewoner. Een trekvogel die een sterk territoriumgedrag kent. Mannelijke rietzangers bezetten na aankomst in het broedgebied een territorium. Lekker vroeg aankomen hier geeft de kans op het beste plekje. Dat plekje willen ze houden, dat laten ze horen en zien door zang en baltsvluchten, een plezier voor ons om naar te luisteren en naar te kijken. De vrouwtjes kiezen een partner op basis van verschillende afwegingen, daaronder zangrepertoire, baltsgedrag en de kwaliteit van het territorium. Zodra een vrouwtje zich aan een mannetje heeft gebonden, wordt deze door het mannetje gevolgd totdat zij een compleet legsel heeft. Een deel van de mannen vestigt vervolgens een nieuw territorium om opnieuw een vrouwtje aan zich te binden. Het nieuwe territorium wordt veelal niet ver van het oorspronkelijke gevestigd. De mannen houden daarbij het broedverloop in het 1e territorium in de gaten, en helpen bij het voeren van de jongen zodra de eieren zijn uitkomen.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Rietzanger (Acrocephalus schoenobaenus) Zo van opzij bezien is de oogstreep goed te zien. Mede door die oogstreep is de rietzanger in het veld best goed te herkennen.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Vogelkersstippelmot (Yponomeuta evonymella) Een inheems standvlindertje. Geen grote mot, een kleintje, een microlepidoptera. Een veel voorkomend spinselmotje want deze soort hoort tot de Yponomeutidea ofwel spinselmotten. Ze kunnen die naam goed waar maken want soms zitten struiken helemaal vol met hun spinsels. Soms wordt dat zelfs een plaag. Goed 2 cm groot is de spanwijdte van dit witte motje met veel zwarte stipjes, vandaar de naam stippelmot. Er zijn meerdere soorten met dit soort stipjes, steeds weer iets anders van setting, niet altijd makkelijk om uit elkaar te houden.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Houtduif (Columba palumbus) Al een aantal jaren woont bij ons in de tuin een koppeltje houtduiven. Ze voelen zich hier zo thuis dat ze onze turkse tortels, die ook in onze tuin wonen, niet bij het waterbakje dulden als ze zelf dorst hebben. Ze zijn ook een stuk groter dus de grote jonge uithangen is ook niet zo moeilijk daarbij. De houtduif is de grootste Europese duif en kan ook goed poepen en daarom willen veel mensen hem niet in de tuin, maar allee. Hier ziet ie met de bibs aan de goede kant op de nok van ons huis en overziet ie de zonnepanelen. Nu zal hun witte uitlaatsel niet op de panelen vallen en zo de elektronenopbrengst niet verminderen. Maar die bombardementsschade valt overigens best wel mee hoor. Meer last hebben we van de kauwtjes die onder de panelen zijn gaan huizen.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Gamma-uil (Autographa gamma) Ik zie momenteel weer meerdere van deze nachtvlinders in de tuin. Gewoon overdag want deze nachtvlinders zie je best gemakkelijk al overdag. Het zijn trekvlinders, vliegen grote afstanden vanuit het Middelands Zeegebied naar o.a. hier bij ons. Knap toch met die fragiele vleugeltjes. Ze komen af op struiken met geurige bloemen om daar weer energie bij te tanken. De naam is ontleend aan de witte tekening op de vleugel, met een beetje goede wil zie ja daar een gamma in.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Gamma-uil (Autographa gamma) Dit is ook de gamma-uil maar dan gewoon overdag in het zonnetje op de vlinderstruik, de Buddleja davidii. Een beetje apart is dat wel, immers, het is een nachtvlinder. Maar deze vlinder is een goede vlieger en heeft veel benzine nodig voor zijn vleugelmotoren. Die benzine tankt ie hier gewoon overdag in de vorm van nectar net zoals we gewend zijn van de dagvlinders. Zijn lange tong is gemaakt om diep in de bloem te kunnen prikken.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Boomblauwtje (Celastrina argiolus) Hij, of zij, vliegt weer rond bij ons in de tuin, het boomblauwtje. In tegenstelling tot andere blauwtjes heeft dit blauwtje geen grote zwarte stippen met lichte omranding. Ook is er geen oranje aanwezig wat bij bijvoorbeeld icarusblauwtje, bruin blauwtje en heideblauwtje wel opvallend is. Ook het feit dat dit blauwtje in de tuin vliegt, geeft al een duidelijke aanwijzing. Het icarusblauwtje is een echte graslandvlinder, die bijvoorbeeld veel in bloemrijke bermen vliegt. Datzelfde geldt voor het bruin blauwtje, terwijl het heideblauwtje zijn naam eer aan doet en vooral in (vochtige) heiden te zien is.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Boomblauwtje (Celastrina argiolus) Het kroonblad van onze hortensia (Hydrangea) is blauwer dan het boomblauwtje dat er hier zit. Dit blauwtje is een dagvlindertje en die houden normaliter hun vleugels gesloten op de rug. Maar hier worden de vleugels even open gehouden en dan is mooi de tekening op de bovenkant van de vleugels te zien. We zien daarop aan de buitenrand van zowel onder- als bovenvleugel een zwarte rand, van dunne stippen onder oplopend tot een brede baan boven.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Zwartkamdwergspanner (Gymnoscelis rufifasciata) Dit kleine nachtvlindertje vliegt weer rond in de tuin. Dat is niet zo vreemd want dit dwergje met een voorvleugellengte van 8 tot 10 mm komt heel veel voor bij ons in de streek. Niet alleen bij ons overigens want ik lees op internet: komt voor van het Iberisch Schiereiland via West- en Midden-Europa inclusief de Britse eilanden tot Rusland; in het noorden tot in Midden-Scandinavië. Het zwaartepunt ligt in het Middellandse Zeegebied. Van hieruit naar Klein-Azië, het Zwarte Zeegebied tot in westelijk Centraal-Azië. Ook in Noord-Afrika, op de Canarische eilanden en op Madeira. In het zuiden op veel plaatsen de gewoonste vlinder, in het Middellandse Zeegebied ziet men hem overal.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Zandzakdrager (Dahlica triquetrella) Als je goed kijkt zie je hier in het vuil een klein rupsje, kopje boven, einde rechts opzij. Je wilt het wellicht niet geloven maar dat rupsje is een vrouwtje van een kleine nachtvlindersoort. De vrouwtjes uit deze familie hebben geen vleugels en verstoppen zich in een zakje gemaakt van vuil, vooral zandkorrels, die ze rondom het lijfje plakken. Daar hebben ze de familienaam aan te danken, te weten, zandzakdragers. Ik vond dit diertje gewoon binnen in ons gestucd portaaltje. Op http://www.microlepidoptera.nl lees ik: De eieren worden in de zak afgezet. De zakjes kunnen op vele plaatsen gevonden worden, waaronder binnenshuis, in schuren of zolders, bij oude bomen met voldoende plantaardig materiaal, onder vensterbanken en bij houtbalken. De zakjes zijn redelijk goed herkenbaar. De lengte bedraagt 7-9 mm, met een breedte van 3 mm. Omdat zandkorrels als voornaamste bestanddeel voor de zakjes gebruikt worden hebben zij een licht uiterlijk. Daarnaast worden de zakjes gekenmerkt door een grote variëteit aan dierlijke resten van insecten die zijn vastgesponnen. De rupsen zijn alleseters en wanneer er niet voldoende voedsel aanwezig is kan er kannibalisme optreden.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Zandzakdrager (Dahlica triquetrella) Hier heb ik het kopje van het rupsje groter in beeld gehouden. De ogen, de tasters en de pootjes zijn duidelijk in beeld. Haast niet te geloven dat dit beestje feitelijk een nachtvlindertje is.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Zwarte-W-vlinder (Macaria wauaria) Spectaculair kun je dit nachtvlindertje, dit spannertje, niet noemen. Daarom noemden de deskundigen destijds hem maar W-vlinder. En dat terwijl je alleen maar op elke vleugel een enkele V ziet staan aan de rand. De mop is echter dat soms dit spannertje de vleugeltjes meer over elkaar houdt en dan komen de V's tegen elkaar en vormen de W. Ook in de Engelse en Duitse naam is de V terug te vinden; V-Moth, Vauzeichen-Eckflügelspanner. Vliegen doet ie vooral in juni en juli, nu kom je alleen nog een late vlieger tegen. En dat in het donker want dit nachtvlindertje is alleen nachtactief.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Wilde eend (Anas platyrhynchos) Heel alledaags, heel gewoon, een beetje verguisd, onze wilde eend. Hopelijk blijft ie nog lang alledaags. De enige eendensoort die gekrulde staartveren heeft. Gedurende de winter worden koppeltjes gevormd, waarbij het er soms heftig aan toe gaat; niet zelden proberen de vogels elkaar te verdrinken om zo rivalen te elimineren.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Paardenmestkever (Geotrupes stercorarius) Als je een sterke buitenlamp hebt is het goed mogelijk dat nu vroeg in de nacht kevers het felle licht komen opzoeken. Zo kwam bij ons deze joekel op bezoek. Aan de muurvoegen is goed te zien hoe groot ie wel niet is, zeker anderhalve centimeter.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Gegroefde lapsnuitkever (Otiorhynchus sulcatus) Heb je een taxus in de tuin staan dan kan je nu deze taxuskever tegen komen. Deze kever is ongeveer 9 tot 11 millimeter groot en leidt een verborgen bestaan. Overdag schuilen ze en ‘s nachts vreten ze aan bladeren. Taxuskevers planten zich parthenogetisch voort. Dat wil zeggen, dat ze geen paring nodig hebben om zich te vermenigvuldigen. De stadia van ontwikkeling zijn: ei, larve, pop, kever. Nadat de kevers uitgekomen zijn, meestal vanaf april, hebben zij een paar dagen nodig om “af te harden”. Daarna beginnen ze zich te voeden met de bladeren van diverse gewassen, zoals taxus, hedera’s, prunus, virbunum, eonymus, fruitdragende gewassen en indien aanwezig ook met allerlei bladeren van niet groenblijvende gewassen. In feite zijn zij polyfaag (alles eters), met een voorkeur voor bepaalde gewassen.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Gegroefde lapsnuitkever (Otiorhynchus sulcatus) Hier de snuit beter in beeld.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Zilvervisje (Lepisma saccharina) Een van onze meest primitieve insecten, misschien wel zo primitief dat het nog en eens niet tot de insecten gerekend mag worden? Het beestje hoort tot de orde van de Zygentoma, behoort tot de 'groep' van franjestaarten. Best kans dat je hem kent, dat je hem 's avonds in de keuken bij de gootsteen zag ontsnappen toen je het licht aan deed. Want ze willen niet gezien worden en verstoppen zich snel. Zilvervisjes worden ongeveer een centimeter lang en worden in Nederland en België vooral gevonden in vochtige hoeken in badkamers of keukenkastjes.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Papiervisje (Ctenolepisma longicaudata) Dit papiervisje is sterk verwant aan het zilvervisje. Dit heel aparte beestje is iets groter, kan tot 1,5 cm groot worden. De kop van het insect loopt breder uit. In het algemeen ziet het lichaam er enigszins als een wortel uit. De insecten zijn kwetsbaar, hebben twee lange sprieten aan de voorkant van hun lichaam en hebben drie sprieten aan de achterkant van hun lichaam. De sprieten zijn even lang als het lichaam. De verschillen met het zilvervisje zijn klein en alleen met zekerheid onder de microscoop zichtbaar te maken aan de hand van het beharingspatroon. De insecten leven in het donker tussen papier en in boeken. Sterke papiervisjes kunnen het 300 dagen zonder voedsel uithouden. Pas recentelijk is het voortplantingsmechanisme van het soort ontdekt. Het mannetje laat een spermatofoor, een spermacapsule, achter. De locatie van deze capsule wordt door middel van biochemische signalen door een vrouwtje bepaald, waarna zij de capsule opneemt. Vrouwelijke papiervisjes leggen ongeveer 100 eitjes in hun leven. Eitjes (rond, wit en ongeveer 1 mm groot) worden in groepen tot maximaal 3 eitjes tegelijk gelegd. Deze eitjes komen uit in zes weken. Kleine papiervisjes zien er hetzelfde uit als volwassen, alleen zijn ze nog wit van kleur. In 4 tot 6 weken krijgen ze de volwassen kleur. Papiervisjes zijn geslachtsrijp in 3 tot 24 maanden. Volwassen papiervisjes kunnen 2 tot 8 jaar oud worden. Ze blijven hun hele leven vervellen, wat uitzonderlijk is bij de insecten.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Papiervisje (Ctenolepisma longicaudata) Dit bijzondere diertje nog wat dichter bij de lens. Prehistorisch?
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Papiervisje (Ctenolepisma longicaudata) Dit bijzondere diertje nog wat dichter bij de lens. Prehistorisch?
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Zwarte ooievaar (Ciconia nigra) Dit plaatje krijg je als je boven het groot schietveld te Wuustwezel een zwarte ooievaar op thermiek de hoogte in ziet schroeven om daarna met een soort glijvlucht richting Antwerpen te vertrekken. Gelukkig had ik mijn 500 mm bij me. Ik schat de hoogte op 150 tot 200 meter en mede door de luchttrillingen door de warmte blijft er niet al te veel detail over. Maar onmiskenbaar een zwarte ooievaar, daarover geen misverstand, het aandeel zwart is nadrukkelijk aanwezig. Waarschijnlijk een jong exemplaar want er is niet veel roods waar te nemen bij poten en snavel? Vorig jaar had ik bij Brecht ook al een viertal zwarte ooievaars zien over vliegen. Nemen ze wat toe? Overigens was ik naar Wuustwezel gegaan in de hoop daar een slangenarend te zien. Vorig jaar lieten daar rond deze tijd maar liefst zeven exemplaren zich zien. Nu vernam ik dat dit jaar er helaas nog geen enkele is waar genomen.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Turkse uil (Chrysodeixis chalcites) Een goede vlieger is deze nachtvlinder, een echte trekvlinder. Bij de vlinderstichting lees ik: Mondiaal. Van Australië via de indoaustralische eilanden en Zuid-Azië tot Afrika (inclusief de Canarische eilanden, de Azoren en Madeira). In Europa in het Middellandse zeegebied maar ook daar slechts ten dele als standvlinder. In veel gebieden van Zuid- en Midden-Europa alleen als zeldzame trekvlinder. Noordelijk tot Zuid-Engeland, Schotland en Denemarken. Bij ons vrij algemeen en sinds 1976 verspreid over het land, maar vooral in het zuidwesten, wordt waargenomen; in gebieden met glastuinbouw kan de soort een plaag zijn in kassen.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Turkse uil (Chrysodeixis chalcites) Zoals alle nachtvlinders uit de familie van de Uilen houdt de Turkse uil in rust de vleugels normaliter gesloten op de rug. De ondervleugels zijn dan niet te zien terwijl dat voor determinatie soms wel bruikbaar is. Wachten tot ze weg willen vliegen kan dan een oplossing zijn. Dan is een deel van de ondervleugel zichtbaar.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Nachtzwaluw (Caprimulgus europaeus) Deze foto werd me twee jaar terug gegund door een kennis die vrijwilligerswerk doet bij het vogelrevalidatiecentrum hier in Zundert. Hij mocht een gerevalideerde nachtzwaluw weer zijn vrijheid geven. Ik mocht mee en had de telelens mee genomen. Nadat de doos was geopend aarzelde de zwaluw geen moment en nam de veren. Gelukkig ging ie wat verderop nog even op het zandpad zitten, vandaar deze foto. Ze spreken tot de verbeelding deze bijzondere vogels vind ik.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Blauwe reiger (Ardea cinerea) Een primeur voor onze tuin, een blauwe reiger op bezoek, nooit eerder zagen we er eentje landen bij ons. Vanaf de daktrim is de blik gericht op ons mini vijvertje annex vogeldrinkhoekje. Knap dat hij dat kleine plasje van ca. een bij een meter weet op te merken. Er woont momenteel een kikker in dat plasje en die heeft het overleefd want de reiger ging onverrichterzake weer op de vleugels. Net voordat ik mijn goede camera en lens kon pakken vandaar dit matige plaatje middels mijn eenvoudige smartphone.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Blauwe reiger (Ardea cinerea) Zo ziet een plaatje van de kop van de blauwe reiger er uit als je iets beters gebruikt dan een eenvoudig smartphone'tje. Een vervaarlijk wapen is die dolksnavel. Ook in gevangenschap bij revalidatie bijvoorbeeld, altijd erg opletten dat de vogel niet toeslaat richting je ogen.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Blauwe reiger (Ardea cinerea) De blauwe reiger kan nog meer dan het kleinste vijvertje vinden. Namelijk heel grote prooien door slikken. Je denkt, dat lukt hem nooit, maar toch glipt na poging x de grote brasem in de erg flexibele slokdarm, richting de erg zure agressieve maagsappen die alle onderdelen oplossen voor een handige latere uittocht.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Vierbandspanner (Xanthorhoe-ferrugata) Een klein nachtvlindertje dat ook alleen in het donker actief is. Dit spannertje wordt niet tot de micro's gerekend ofschoon ie toch maar goed een centimeter groot is wat betreft voorvleugellengte. Waarschijnlijk is ie momenteel ook bij jullie in de tuin te vinden want hij komt veel voor. Is dus heel algemeen maar is wel best moeilijk goed op naam te brengen. De vliegtijd is van half april tot begin september in twee, soms drie generaties. De vlinders kunnen gemakkelijk worden opgejaagd uit struiken en lage vegetatie. Ze vliegen vanaf de schemering en komen op licht. De rups leeft in juni-juli tot september-oktober. De soort overwintert als pop in een cocon in de strooisellaag. Diverse kruidachtige planten vormen zijn eten.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Tureluur (Tringa totanus) Een echte weidevogel is de tureluur, wel het meest te zien in de buurt van water. Van de vier weidevogels die tot de kernsoorten worden gerekend - tureluur, grutto, scholekster en kievit - komt de tureluur het minst voor. Maar hij gaat veel langzamer in aantal achteruit dan die andere drie, die allemaal in hoog tempo achteruit hollen. Dat komt deels door zijn onstuimige liefdesleven. Hij is bijvoorbeeld niet alleen afhankelijk van boerenland; hij is ook tevreden in greppels, langs slootjes en soms zelfs aan de rand van de stad; ver weg van de maaimachines. Bovendien broeden sommige tureluurs al vanaf begin april, en weer andere pas half mei. Kleine tureluurs zijn ook niet zo kieskeurig: die eten zelfs kleine slakjes. En emelten en regenwormen gaan er bij volwassen tureluurs ook prima in. Grutto’s daarentegen blieven uitsluitend insectjes uit kruidenrijk grasland.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Tureluur (Tringa totanus) Met een flinke telelens en veel pixels in je camera kun je soms een vogel wat beter in de ogen kijken. Het gaat relatief goed met de tureluur en dat komt mede door het liefdesleven. In principe is een stel elkaar trouw, maar als een van de twee in het voorjaar niet op tijd komt opdagen in hun broedgebied, dan papt de wachtende vogel het zonder scrupules met de buurman of –vrouw aan. Als de partner dan alsnog terugkomt, kiest die meestal eieren voor zijn of haar geld, en neemt die de bedrogen vogel als nieuwe echtgenoot. Partnerruil dus, en dat loont, als het om voortbestaan gaat. Ik las: Broedpopulatie 20.000-25.000 (1998-2000); Geschat maximum winter/doortrek 34000-56000, jul (2009-2014).
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Steenuil (Athene noctua) Nooit eerder hier in onze tuin gezien, een steenuiltje in onze kersenboom. Daar worden we echt vrolijk van. Het gaat niet goed met dit leuke uiltje ofschoon het in onze streek nog mee valt denk ik. Tusseen 1975 en 2000 zijn de aantallen flink terug gelopen. Sindsdien nemen ze in het rivierengebied verder af, zijn ze op de zeeklei stabiel en herstellen ze licht op de zandgronden. De afname houdt verband met vermindering van nestgelegenheid (knotwilgen, schuurtjes) en voedsel (door intensivering van het agrarisch grondgebruik). Na koudere en sneeuwrijke winters zakken de aantallen soms tijdelijk in.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Steenuil (Athene noctua) Het uiltje liet zich ook beter zien. Had oog voor de lucht, links en rechts, en van de tuin met name onder hem.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Steenuil (Athene noctua) Ik mocht hem ook nog in de ogen kijken. Prachtig die gele kijkers waarvan de pupil heel snel reageert op lichtverschillen waardoor het zwarte openingetje verschillend van grote wordt.
IP-adres uploaden
84.26.78.6
Tijdlijnfoto's
Buxusmot (Cydalima perspectalis) Is het steenuiltje een zeer graag geziene gast in onze tuin, precies andersom is dat met deze rups. Dit is namelijk de rups van de buxusmot. Meerdere scharrelden er dezer dagen rond in een tweetal buxusstruiken bij ons in de tuin. Heb die struiken inmiddels in de kliko moeten doen, wat er nog van over was wel te verstaan. De buxusmot komt uit Japan, Zuid-Korea, China. Vermoedelijk is deze nachtvlinder rond 2005 in Duitsland geïntroduceerd via import van Buxus uit Azië. In 2007 werd hij ook in Nederland gesignaleerd. De eerste jaren was hij alleen in het westelijk rivierengebied aanwezig, maar inmiddels heeft hij zich flink uitgebreid. Het komt bij ons niet meer goed met onze buxus. Hier zie je de vreetmachine tussen al aan gegeten buxusblaadjes.
IP-adres uploaden
212.204.135.68
Tijdlijnfoto's
Buxusmot (Cydalima perspectalis) Actieve donders zijn die rupsen van de buxusmot.
IP-adres uploaden
212.204.135.68
Tijdlijnfoto's
Buxusmot (Cydalima perspectalis) Op deze foto zijn de echte poten ofwel de borstpoten, dat zijn de zes poten voor aan het lijf, goed te zien naast de schijnpoten achter aan het lijf. Uit de echte poten groeien straks de echte poten van de vlinder. Bladwesplarven zijn ook rupsen maar die hebben een andere potenbouw, na de zes echte poten is daar slechts een lijfsegment pootloos, alle andere segmenten die dan komen hebben steeds een schijnpoot c.q. een naschuiver.
IP-adres uploaden
212.204.135.68
Tijdlijnfoto's
Meriansborstel (Calliteara pudibunda) Deze leuke rupsen zijn momenteel hun lijf rond aan het eten zodat ze straks in de strooisellaag kunnen overwinteren om volgend jaar een flinke nachtvlinder te worden. De rups staat vol met plukjes haren ofwel borsteltjes met als bonus een extra langer borsteltje achter op het lijf. De vlinder zelf zal er straks ook erg behaard uit zien
IP-adres uploaden
212.204.135.68
Tijdlijnfoto's
Meriansborstel (Calliteara pudibunda) De rups die ik gisteren liet zien bouwt zich om tot deze nachtvlinder, blijft bijzonder die gedaanteverwisseling. De Meriansborstel is bij ons heel algemeen maar probeer hem maar eens te spotten als ie bijvoorbeeld op schors van een boom zit. Deze kwam af op mijn buitenlamp. De mot behoort tot de spinneruilen, die zijn vaak flink behaard, deze zeker ook, kijk maar eens naar de voorpoten. De grote antennes verklappen hier dat het een mannetje is. De Vlinderstichting leert me als vliegtijd en gedrag: half april-half juni in één generatie, de mannetjes komen soms talrijk op licht, de vrouwtjes in kleinere aantallen.
IP-adres uploaden
212.204.135.68
Tijdlijnfoto's
Steenuil (Athene noctua) Nog steeds voelt het steenuiltje zich op zijn gemak in onze kersenboom. Het is soms wat zoeken maar we vinden hem bijna elke dag. Ook vandaag met dat miezerige weer zit ie op een van de takken nu nog verscholen achter de laatste vergeelde herfstbladeren.
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Steenuil (Athene noctua) En natuurlijk heeft ie me in de gaten. Goed volk moet ie vast denken. En, ik heb hem inmiddels verwend met een steenuilenkast, een eigen huis dus hopelijk. We zien hem vaak dicht bij de opening van die kast in de boom zitten. Dus ... ? Een keer heb ik hem 's nachts om half een horen roepen en grommen in de tuin, ik moest aan een verdedigingsactie denken? Wat zou het leuk zijn als het tot een vervolg zou komen!
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Steenuil (Athene noctua) Bewijs geleverd. Het steenuiltje heeft zijn aangeboden nieuwe woning in onze kersenboom geaccepteerd. Hopelijk voor heeel lang?
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Steenuil (Athene noctua) Een vooralsnog tevreden tuingast lijkt me. En nachtwerkers verdienen hun rustmoment zeker ook.
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Jeneverbesspanner (Thera juniperata) In de tijd november zou je nog een stuk of twintig nachtvlinders aan huis kunnen aantreffen. Deze jeneverbesspanner is er een van, een echte spanner uit de familie Geometridae. De vlinderstichting leert me het volgende. Vliegtijd en gedrag: Eind september-half november in één generatie. De vlinders worden overdag soms rustend aangetroffen op de waardplant en zijn in het donker vaak gemakkelijk waar te nemen rond de waardplant, waar ze soms in grote aantallen rondvliegen en paren. Ze komen op licht. Levenscyclus: Rups: juni-september. De rups verpopt zich vastgesponnen aan de naalden van de waardplant of tussen de afgevallen naalden op de grond. De soort overwintert als ei op de waardplant. Waardplanten: Jeneverbes en andere naaldbomen; in tuinen vaak gekweekte coniferen. Habitat: Naaldbossen en andere plaatsen met naaldbomen zoals heiden, graslanden, tuinen en parken.
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Jeneverbesspanner (Thera juniperata) En zo ziet dit spannertje eruit als ie normaal doet en daarmee bedoel ik, als de vleugels volledig gespreid gehouden worden, want dat is de karakteristieke norm voor de familie van de spanners.
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Oranje kruidenmot / Udea ferrugalis Ik kwam vandaag in de tuin deze trekvlinder weer een keer tegen. Trekvlindertje is beter gezegd want de grootte is maar goed een centimeter, met de vleugeltjes geheel gespreid ongeveer twee centimeter. Misschien kwam ie van dichtbij, misschien van ver? Zeldzaam is ie niet en kieskeurig ook niet, diverse kruidachtige planten behoren tot het voedsel van de rups.
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Gaai (Garrulus glandarius) Een ondergewaardeerde vogel denk ik, zowel wat uiterlijk betreft als van gedrag. Vroeger mochten we hem Vlaamse gaai noemen, in de volksmond ook wel schreeuwekster of hannebroek. De gaai is 32 tot 35 cm lang. De vogel kan bij opwinding de kruinveren opzetten die afwisselend licht van kleur en zwart zijn.
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Steenuil (Athene noctua) Hij woont nog steeds bij ons in de tuin en ondanks het slechte weer vandaag liet hij (of zij) zich zien. Ondanks de regen wil ie nu toch buiten zitten. Er zijn ook dagen zoals gisteren en eergisteren dat we niets van hem zien, waarschijnlijk omdat ie dan de hele dag in de kast zit. De foto is gemaakt vanuit de kamer nadat we hem van kersenboom naar hazelaar zagen vliegen. Overigens hangen er nu nog best wat bladeren aan die hazelaar.
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Steenuil (Athene noctua) Eventjes slecht weer in de tuin, een korte flinke bui. Het steenuiltje vlucht niet de kast in maar spreid staart en vleugels. Volgens mij wil ie onder de douche. Frappant om te zien. Niet eerder zag ik dit gedrag bij een vogel.
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Steenuil (Athene noctua) Er vielen even best vette druppels. Heel goed voor onze nu veel te droge natuur. En ik denk ook goed voor het uitje, anders zou ie toch wel even gaan schuilen. Maar nee, alles mag flink nat worden, even het stof laten afglijden. Of, zien we hier een vogelgedrag dat ik niet ken?
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Hooiwagen (Dromopoda) Nee, dit is geen spin. Wel een spinachtige want het diertje behoort tot de orde van Opiliones ofwel hooiwagens. Je kent ze vast wel, je ziet ze bijvoorbeeld op de buitenmuur bij je thuis. Net als spinnen hebben hooiwagens acht poten, eigenlijk tien maar de voorste twee bij de mond zijn geëvalueerd tot hulpmiddelen voor voelen, pedipalpen met een moeilijk woord. Je ziet een lichaam uit slechts 1 deel, niet 2 zoals bij spinnen. En slechts 2 ogen in plaats van 8, of 6, bij spinnen. Stel je eens voor dat wij ook zulke lange ledematen zouden hebben als deze hooiwagens, handig en lastig tegelijk lijkt me.
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Bonte hooiwagen (Paroligolophus agrestis) De kenmerkende twee ogen van een hooiwagen staan aan weerszijden van een gemeenschappelijk heuveltje. Ze staan zo als het ware een beetje op de uitkijk. Goed verzonnen weer van die schepping/evolutie. De cheliceren bij de bek zijn op de deze close up ook goed te zien. Ze zijn als gesteelde scharen ontwikkeld en daarmee driedelig.
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Bonte hooiwagen (Paroligolophus agrestis) Hier is deze kleurige langpoot in zijn geheel te zien.
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Hooiwagen (Opilio canestrinii) Zo zou je een hooiwagen nu kunnen zien bij je thuis. Gewoon op de buitenmuur. Liefst iets verscholen in een groef van een steen.
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Hooiwagen (Dicranopalpus ramosus) Zijn bijnaam is strekpoot. Niet vreemd toch gezien zijn enorme poten. Hij zat op de buitenmuur bij ons en ik heb hier de muur even plat gelegd om nog beter die lange poten te kunnen inschatten. De voeg is ca. 1,5 cm dik, de poten van deze hooiwagen zijn rond de 5 cm, de spanwijdte van deze ramosus komt zo op een centimeter of tien. Bijna te groot voor macro. Dit is een hooiwagen die pas de laatste jaren in ons land rond kruipt.
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Hooiwagen (Dicranopalpus ramosus) Nog een keer deze strekpoot maar dan groot in beeld. Goed is te zien dat de slechts twee ogen op een heuveltje staan en 360 graden bestrijken. Ook zijn de kenmerkende en afwijkende pedipalpen goed te zien, de twee zintuigen, voelsprieten, grijpers voor aan de kop.
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Frater (Linaria flavirostris) Een apart vogeltje is dit fratertje, in die zin dat we hem heel weinig zien. Op de site van Vogelbescherming lees ik: fraters zijn wintergasten die hun broedgebieden voornamelijk in Noorwegen hebben. In Schotland leeft een aparte ondersoort. Bijzonder aan deze soort is de vreemde verspreiding over de wereld: de voornaamste broedgebieden liggen duizenden kilometers uiteen. Eén cluster in Noordwest-Europa, het andere tussen de Kaukasus en Centraal-Azië. Ze schrijven 'zijn wintergasten', zou dat nog kloppen, of moet er staan 'waren wintergasten'? Deze foto nam ik zeven jaar terug op de Oesterdam, inderdaad in de winter, op 24 december om precies te zijn. Ik heb ze daar niet veel meer gezien. Toch zeker de laatste jaren niet, mede door de dijkverhoging die daar plaats vond waarna er helemaal geen eten meer voor hen te vinden is. Hopelijk keert het tij daar nog eens.
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Frater (Linaria flavirostris) Dit niet zo grote wintergastje, de lichaamslengte bedraagt ongeveer 13,5 cm, is een echt vinkje. Het lijkt wat op een onvolwassen kneu'tje. De gele snavel en roze stuit zijn bruikbare kenmerken. Om hem tegenwoordig te zien maak je de meeste kans op de waddeneilanden. Deze foto is van jaren terug in Zeeland op de Oesterdam. Het grafiekje dat ik in de foto heb gezet laat de achteruitgang zien. Het valt me vaak niet mee om niet depri te worden op vogelgebied.
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Sperwer (Accipiter nisus) Niet alleen wijzelf hebben goed gegeten op eerste Kerstdag, ook deze mooie sperwerdame. Rond elf in de morgen zag Francine wat bewegen achter in de tuin die eerste Kerstdag. Een sperwer aan de kerstdis. Een flinke prooi was het. Gauw mijn telelens gepakt waarmee ik een aantal shots kon maken. We hadden eerder al op twee plaatsen flink wat veren zien liggen daar in de tuin, het lijkt wel een plukplaatsje?
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Sperwer (Accipiter nisus) Is dit nu een sperwer of een havik, ik worstel er steeds mee. Volgens mij een vrouwtje sperwer, toch? Ik heb nog niet vaak echt goed een havik gezien en dat helpt niet. Hier de relatief dunne poten, de relatief kleine haakbek, de niet al te aanwezige witte oogstreep, de relatief grote prooi en niet te vergeten de biotoop, een tuin in het dorp, duiden op een sperwer meen ik. Overigens is de vogel mooi grijsblauw gekleurd hier, je ziet ze vaak wat bruiner.
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Sperwer (Accipiter nisus) Eerst nam ik enkele foto's door het dubbel glas van de schuifpui maar dat was niks, onscherp en spiegelingen. Ik moest naar buiten met mijn lens. Heb, als was ik niet geïnteresseerd in de vogel de schuifpui open geschoven, ben enkele meters naar buiten gelopen en richtte langzaam de teletoeter een andere kant op en toen draaide ik langzaam richting vogel. Zo mocht ik een aantal foto's maken maar even daarna was ie toch gevlogen, met buit en al. Die buit moet vast een duif zijn geweest. Misschien een tortel uit onze tuin maar hopelijk een houtduif van bij de buren.
IP-adres uploaden
84.24.239.152
Tijdlijnfoto's
Heggenmus (Prunella modularis) Een van onze meest trouwe tuinvriendjes is de heggenmus. Ook in de winter, zoals hier goed te zien is door het bol staan van de verenjas. Ook dan kleurt ie de dagen op met zijn voedselzoektochtjes over de stoep en onder de struiken. En als het zonnetje een keertje schijnt komt ie uit de schaduw te voorschijn met zijn frappant getekende kop en opvallende oog. In het voorjaar kun je zijn mooie liedje niet missen in je tuin, daarop is het nog even wachten.
IP-adres uploaden
84.24.239.152