Bijna alle planeten hebben een of meerdere manen om zich heen draaien. Onze aarde heeft er maar één maar bij Saturnus wordt monenteel het getal 65 genoemd. De meeste hiervan zijn erg klein en dus niet voor ons zichtbaar. Hier een poging om de meest heldere zichtbaar te maken. Hiertoe moest de helderheid van de opname erg sterk worden opgevoerd waardoor de planeet zelf totaal is overbelicht. De opname is gecombineerd met een weergave van de situatie zoals een computer met een planetaruimprogramma dat laat zien.

Door de verplaatsing van de zonnevlekken is de rotatie van de zon te zien. Het blijkt echter dat die niet voor de gehele zon hetzelfde is. De omwentelingssnelheid op de evenaar van de zon is 25 dagen maar dichter bij de polen wordt die steeds langer en zo is de tijd in de buurt van de pool 29 tot 30 dagen. Dit is mogelijk omdat de zon geen vast maar een gasvormig lichaam is. Zonnevlekken zijn plaatsen waar de temperatuur van het zonoppervlak ongeveer 1000 tot 1500 graden lager is dan die van hun omgeving. Elke zonnevlek of groep zonnevlekken krijgt een (AR) nummer toegekend.

Een Mercuriusovergang is vergelijkbaar met een Venusovergang alleen betreft het nu de planeet Mercurius. Hij ontstaat dus als de planeet Mercurius vanuit de aarde gezien zich precies voor de zon zich verplaats bij de benedenconjunctie. Een Mercuriusovergang is minder zeldzaam als een Venusovergang want het vindt 13 tot 14 keer plaats per eeuw. Maar om die dan te kunnen zien moet het voor de waarnemer wel net dag zijn en geen nacht.

Deze opnamen zijn gemaakt met een refractor D:100mm-F:1500mm

Klik op foto voor de volle resolutie.

In jan. 2014 verscheen een supernova in M82. M82 is een melkwegstelsel op een afstand van 12 miljoen lichtjaar. Een supernova is het verschijnsel waarbij een ster op spectaculaire wijze explodeert. Een supernova-uitbarsting is herkenbaar aan de enorme hoeveelheid licht die erbij wordt uitgestraald. De ster vlamt op met de lichtkracht van honderden miljoenen tot meer dan een miljard zonnen. Hieronder een foto van M81 en 82 gemaakt 20 mrt. 2010 met een inzet van een opname van 3 feb. 2014.We zien hierop de ontplofte ster.

Deze opname is het resultaat van het samenvoegen van 48 afzonderlijke deelbeelden. . Kijker; 25 cm F 4,8 newton met 2,5 powermate met roodfilter en DMK21 ccdcamera.

( klik op foto (2x) voor volle resolutie)

 

<

Maanverduistering 28-09-2015

Hier een viertal foto's van de verduistering op de morgen van 28 sept 2015.

De eerste toont het tijdstip dat de maan voor bijna de helft de kernschaduw is ingegaan.

De tweede laat de verduisterde maan zien die dan diep rood kleurt.

Bij de derde foo is de nadruk gelegd om de maan tussen de sterren te zien want alleen deze situatie maakt dat mogelijk. 

Als laatste het moment dat de maan de kernschaduw alweer voor de helft heeft verlaten.

Kijker: 250mm F4,8 newton met Canon 450D in prime focus.

Kometen zijn relatief kleine hemellichamen die rond de zon (is een ster) draaien en uit ijs, gas en stof bestaan. Wanneer een komeet dicht genoeg bij de zon komt en warmer wordt gaat er materiaal verdampen en ontstaat de zogenaamde coma en/of een komeetstaart. Die staart is altijd van de zon afgekeerd. Het vaste deel van de komeet is de komeetkern en kan een doorsnede hebben van 1 tot 50 kilometer. De lengte van de staart kan sterk variëren: van 100 000 tot 1 000 000 kilometer lang (tot meer dan 150 miljoen kilometer lang). Een komeet draait dikwijls in erg elliptische banen om de zon.

By Jac, 2 januari, 2016

Sommigen vinden ze mooi maar andere hebben er een hekel aan. Ik heb het hier over de spikes die soms op astrofoto’s te zien zijn. Spikes zijn de lichtstralen die schijnbaar uit de heldere steren tevoorschijn komen. Deze spikes onstaan als gefotografeerd wordt met een kijker waarin een secondaire spiegel via een spider ( het ophangsysteem van deze secundaire spiegel) in de lichtweg van de kijker is geplaatst. Ik zelf hoor bij de categorie die deze spikes liever kwijt dan rijk zijn want mijn simpel uitganspunt is dat sterren geen stekels hebben.

Als je bij gebruik van de klassieke rechte spider de vraag stelt wat de mogelijkheden zijn om de spikes minder storend te maken zal je dikwijls horen dat je moet zorgen dat de vanen van de spider zo dun mogelijk zijn. Want dikke vanen is de duivel verzoeken als je streeft naar zo onopvallende mogelijke spikes. Dit idee wordt breed gedragen in ons astrowereldje. Zelf heb ik moeite om daarin mee te gaan. Daar de spikes veroorzaakt worden door het licht dat door de randen van de vanen wordt afgebogen zie ik niet direct in waarom er verschil is tussen dikke of dunne vanen want er blijven steeds maar twee randen in het spel. Als je op het web gaat zoeken naar informatie over deze materie kom je meestal terecht op beschrijvingen vol met grote formules waarin je heel gauw het spoor bijster raakt en uiteindelijk niet veel wijzer wordt. Blijf over als je toch zeker wil weten hoe het uiteindelijk zit om dit proefondervindelijk uit te zoeken.


Klik HIER en er wordt een presentatie gestart waar ik de experimenten op dit gebied nader toelicht.

 

Reacties